Natuurbeleid komende jaren

In de natuurvisie beschrijft het kabinet in grote lijnen het natuurbeleid voor de komende jaren, tot 2025. Belangrijkste punt van de visie is een omslag in het denken: natuur hoort midden in de samenleving thuis. En niet alleen in beschermde natuurgebieden.

Natuur versterken

De natuur staat onder druk. Dieren- en plantensoorten sterven uit. Natuur moet niet alleen binnen natuurgebieden versterkt worden, maar overal. In steden, op het platteland en in de grote wateren.

Met de natuurambitie ‘Nederland Natuurpositief’ (2019) wordt de beweging voortgezet die met de natuurvisie ‘Natuurlijk verder’ (2014) gestart is. Het natuurbeleid wordt verbreed en verbonden met de grote maatschappelijke opgaven van dit moment, zoals kringlooplandbouw, de energietransitie, uitbreiding van woongebieden, ontwikkeling van infrastructuur en minder stikstofuitstoot.

Natuur midden in maatschappij

Centraal in de natuurvisie staat dat natuur midden in de samenleving thuishoort. Want de natuur die mensen belangrijk vinden is veel meer dan de natuur in beschermde natuurgebieden. De natuurvisie wil vooral burgers, bedrijven, gemeenten en maatschappelijke organisaties meer kansen bieden om natuur te beschermen. En om natuur duurzaam te gebruiken. Er is hier behoefte aan. Dat blijkt bijvoorbeeld uit:

  • Landbouwers die bloemrijke perceelranden aanleggen.
  • ‘Groene’ daken in steden.
  • Ecologische geluidswallen langs snelwegen.
  • Bewoners die zelf een gemeenschapstuin of een natuurterrein beheren. Bijvoorbeeld in Boxtel. Daar hebben bewoners vlakbij het centrum een natuurterrein van 13 voetbalvelden groot aangekocht.
  • Meer ruimte voor natuur langs rivieroevers als bescherming tegen hoogwater. Bijvoorbeeld langs de IJssel bij Welsum en Fortmond in Overijssel.
  • Burgers en boeren die zich samen sterk maken voor behoud van het landschap.
  • Recreatieondernemers die samenwerken met natuurorganisaties in natuurprojecten.

Verantwoordelijkheid voor natuur

De natuurvisie verlegt de aandacht: van bescherming van natuur tegen de samenleving naar versterking van natuur dóór de samenleving. De overheid treedt niet terug op natuurgebied. Maar voor een betere natuur hebben burgers en bedrijven ook een verantwoordelijkheid.

Volgens de natuurvisie kunnen economie en natuur goed samengaan en van elkaar profiteren. Bedrijven houden steeds meer rekening met natuur en biodiversiteit. Dit heet ook wel groen ondernemerschap. Zonder duurzame productie kunnen bedrijven op den duur niet meer concurreren op de wereldmarkt. Een voorbeeld is de inspanning van grote ondernemingen om de productie van palmolie te verduurzamen.

Rijk blijft verantwoordelijk voor wettelijke natuurbescherming

De Rijksoverheid blijft eindverantwoordelijk voor de natuur. Zo zorgt het Rijk voor wettelijke natuurbescherming en goede internationale afspraken. Ook investeert het Rijk samen met provincies in het Natuurnetwerk Nederland. Dit is het netwerk van bestaande en toekomstige natuurgebieden.

De Rijksoverheid wil het goede voorbeeld te geven. Zoals met de Natuurambitie Grote Wateren. Dit is een visie op het toekomstig natuurbeleid voor grote wateren als het Waddengebied of de Noordzee. In deze natuur is plaats voor onder andere waterveiligheid (beveiliging tegen hoogwater), recreatie, en voedselproductie.