Eenvoud of maatwerk: uitruilen binnen het bestaande toeslagenstelsel

Binnen het bestaande toeslagenstelsel zijn aanpassingen mogelijk. Echter, een hoofdconclusie van het onderzoek naar maatregelen binnen het bestaande stelsel is dat daarvoor  altijd een ‘prijs’ moet worden betaald. De problematiek is daarom maar beperkt op te lossen binnen het huidige stelsel. Dit staat in deel 1 van het Interdepartementale Beleidsonderzoek (IBO) naar het stelsel van toeslagen dat vandaag naar de Tweede Kamer is verstuurd.

Het onderzoek bekijkt een aantal maatregelen. Die zijn gericht op het beter van dienst zijn van burgers, zorgen dat mensen minder toeslag hoeven terug te betalen of vlugger het bedrag krijgen waar ze recht op hebben. Verder verkent het stappen gericht op het sneller constateren van veranderingen in de persoonlijke omstandigheden en het wijzen op het recht op toeslagen. Op al die gebieden zijn verbeteringen mogelijk maar die lossen de problemen onvoldoende op.

Het onderzoek zegt dat de problemen van het huidige stelsel van huur-, zorg-, en kinderopvangtoeslag en het kindgebonden budget, de keerzijdes zijn van de beleidsmatige keuzes voor gerichtheid en tijdigheid. Met gerichtheid wordt bedoeld: het op de euro nauwkeurig uitkeren, waarbij rekening wordt gehouden met verschillende omstandigheden. En ook dat de uitvoering plaatsvindt tegen zo laag mogelijke kosten. Met tijdigheid wordt de voorschotsystematiek op basis van het actuele inkomen bedoeld, zodat huishoudens kosten niet hoeven voor te schieten. Het streven om toeslagen te richten op specifieke groepen, gecombineerd met het streven de toeslagen aan te laten sluiten op de actuele situatie van huishoudens, zorgt voor onzekerheid over het uiteindelijke recht op toeslagen.

Mogelijkheden op de lange termijn onderzocht

Dit eerste deel van het onderzoek gaat over mogelijke verbeteringen binnen het bestaande stelsel van toeslagen in de huidige kabinetsperiode. Het tweede deel van dit IBO richt zich op een herziening van het stelsel voor de lange termijn (na deze kabinetsperiode). In dit tweede deelonderzoek wordt gekeken of toeslagen (deels) opgevangen kunnen worden binnen inkomstenbelasting en inkomensondersteuning, binnen de stelsels rond wonen, zorg, kinderen of via (gedeeltelijke) overheveling naar medeoverheden.

Reden voor het kabinet om niet met aanbieding van deelrapport 1 te wachten tot na afronding van deelonderzoek 2 zijn de actuele discussies over toeslagen. Een reactie op deelrapport 1 van het IBO Toeslagen verstuurt het kabinet gelijktijdig met deelrapport 2. Naar verwachting zal dit begin 2020 zijn.

De leden van de werkgroep zijn het Ministerie van Financiën, VWS, BZK, AZ, EZK, SCP en CPB.