Van Veldhoven: volgende fase in circulaire economie

Nederland is toe aan de volgende stap op weg naar een circulaire economie. We hebben de basis gelegd. Per product worden minder grondstoffen gebruikt, maar het gebruik van grondstoffen in totaal vermindert nog niet. Het is tijd te versnellen om in 2050 volledig circulair te zijn. Dat concludeert het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) in de eerste Integrale Circulaire Economie Rapportage. Staatssecretaris Van Veldhoven, opdrachtgever van het onderzoek, pleit dan ook voor stevigere maatregelen. Dat schrijft zij vandaag in een brief aan de Tweede Kamer.

Van Veldhoven: “Ik ben trots dat de basis is gelegd. We hebben gepionierd en verkend. Het is nu tijd voor de volgende stap. Nederland is in Europa koploper recyclen, maar een circulaire economie gaat verder. Laat elke bloempot standaard van gerecycled plastic zijn, beloon bedrijven voor de CO2 uitstoot die zij via grondstoffen besparen, en dring het verbranden en storten van afval terug. Ik vind dat we deze prikkels bijeen moeten brengen in één circulaire economiewet. Zodat we samen werken aan een schone toekomst die we met een gerust hart aan onze kinderen kunnen achterlaten.”

Milieuvervuiling en CO2 uitstoot voorkomen

In 2050 wil Nederland een volledig circulaire economie hebben. In een circulaire economie worden grondstoffen steeds opnieuw gebruikt en bestaat er dus geen afval. Nu wordt recyclebaar afval soms nog verbrand, of in een uiterste geval gestort, daar willen we in 2050 helemaal vanaf. Minder wegwerpcultuur en meer hergebruiken: van shampooflessen, bureaustoelen tot oude treinen. Dit kan door onder andere producten slimmer te ontwerpen, recyclen en hergebruiken. Dat doel heeft Nederland gesteld om milieuvervuiling en CO2 uitstoot te voorkomen. Om de voortgang in de gaten te houden, onderzoekt het PBL om het jaar hoe we er voorstaan, vergelijkbaar met het klimaat. We zijn het eerste land dat op zo’n gedegen manier de hele circulaire economie in kaart heeft gebracht om gericht de volgende stappen te kunnen zetten.

Basis is gelegd

Van Veldhoven is trots op de basis die is gelegd en de resultaten van de afgelopen jaren. Het verbranden van afval is ontmoedigd en het recyclen en hergebruiken van grondstoffen als plastic, matrassen en textiel loont dankzij verschillende maatregelen en nieuwe wetgeving. Denk aan statiegeld op flessen, de producentenverantwoordelijkheid voor verpakkingen en matrassen, afspraken met koplopers in de Plastic Pacts en de Denim Deal. Tegelijkertijd gebruiken we alles bij elkaar meer grondstoffen, wat betekent dat de overgang naar een circulaire economie alleen maar urgenter wordt. Van Veldhoven vindt dat de weg naar 2050 vraagt om meer normeren en belonen. Een logische stap voor een volgend kabinet zou dan ook een circulaire economiewet kunnen zijn, naar voorbeeld van de klimaatwet. Met daarin bijvoorbeeld een beloning voor CO2 besparing of een verplicht percentage gerecycled materiaal in producten, in lijn met Europese ambities. Van Veldhoven: “Circulair moet lonen. We willen ondernemers in het proces naar 2050 toe perspectief bieden, de markt zekerheid geven en innovaties stimuleren. Tegelijkertijd moeten we de circulaire economie voor mensen makkelijker en aantrekkelijker maken.” 

Nederlandse innovaties: van vervuild staal naar nieuwe grondstof

De circulaire economie biedt veel kansen voor Nederlandse innovatieve bedrijven en nieuwe groene banen in ons land. Een goed voorbeeld van een circulaire ondernemer is de staalfabriek Purified Metal Factory in Delfzijl die Van Veldhoven onlangs bezocht. Dit is het eerste bedrijf ter wereld dat van met asbest of kwik vervuild staal, bijvoorbeeld van oude treinen of windmolens, een nieuwe schone grondstof kan maken. Van Veldhoven: “Deze fabriek laat de toekomst zien. In deze coronatijd zijn we meer dan ooit zuinig op onze bedrijven en banen. Dit bedrijf laat zien dat met circulaire innovaties niet alleen winst voor ons klimaat en milieu is te behalen, maar ook voor onze portemonnee en werkgelegenheid. Twee vliegen in een klap. Die potentie heeft circulair ondernemen, en dat wil ik op veel meer plekken benutten.”