Europese onderwijsministers doen oproep aan Belarus

Vandaag zijn de ministers van 48 landen die samen deel uitmaken van de Europese ruimte voor hoger onderwijs (EHEA) digitaal bij elkaar gekomen. Naast de gebruikelijke agenda over betere samenwerking en de toekomst van het Europese hoger onderwijs, maakten veel landen van de gelegenheid gebruik om steun uit te spreken aan studenten, docenten en onderzoekers in Belarus die niet in vrijheid hun werk en studie kunnen doen.

Minister van onderwijs Ingrid van Engelshoven zei in haar bijdrage: “In een democratie moeten studenten, docenten en onderzoekers vrij zijn om te zeggen, te bestuderen en te onderzoeken wat zij willen. Deze vrijheid is niet vanzelfsprekend. Het moet verdedigd worden, elke dag weer. Ik roep de regering van Belarus op te stoppen met al het geweld tegen burgers, en een vreedzame nationale dialoog aan te gaan die recht doet aan de democratische wil van het volk.”

Binnen de EHEA gelden de gezamenlijke waarden om studenten, academici en staf te beschermen tegen de bedreigingen voor de democratie, de mensenrechten en de rechtsstaat die momenteel worden geschonden. Studenten, docenten, onderzoekers en hoger onderwijsinstellingen worden aangevallen en bedreigd omdat ze hun democratische rechten uitoefenen. Europese studenten verenigd in de Europese Studenten Unie (ESU) riepen de EHEA ministers op samen te werken aan het monitoren en implementeren van de fundamentele waarden in Belarus.

Ook de huidige covoorzitters van de EHEA - Duitsland en het Verenigd Koninkrijk – spraken zich uit over de huidige situatie in Belarus: “Wij zullen deze duidelijke schendingen van onze fundamentele waarden openbaar blijven maken. We bieden onze steun aan de academische gemeenschap en autoriteiten van Belarus om hen te helpen onze gedeelde waarden te bereiken. " Hiermee maken de lidstaten duidelijk dat de recente aanvallen, pesterijen, intimidatie, detentie, boetes, arrestatie en uitzetting van studenten en academisch personeel van hoger onderwijs instellingen  aanvaardbaar, noch onderhandelbaar zijn.

Tijdens de ministeriële conferentie heeft de EHEA een gedeelde definitie van academische vrijheid aangenomen als de vrijheid van academisch personeel en studenten om zonder inmenging of angst voor represailles deel te nemen aan onderzoek, onderwijs, leren en communicatie in en met de samenleving.