De NOW-regeling is bedoeld voor werkgevers die als gevolg van het coronavirus en overheidsmaatregelen daar tegen kampen met een substantieel omzetverlies (ten minste 20%). Zij kunnen bij het UWV een aanvraag indienen voor een tegemoetkoming in de loonkosten, en hiervoor een voorschot ontvangen. Hiermee kunnen zij werknemers met een vast en met een flexibel contract doorbetalen.
Ook werkmaatschappijen waarbij het concern minder dan het geldende omzetverlies heeft terwijl de werkmaatschappij ten minste het geldende omzetverlies heeft, komen in aanmerking mits ze aan de aanvullende voorwaarden voor een aanvraag op werkmaatschappijniveau voldoen. Voorwaarde daarbij is dat de werkmaatschappij wel een eigen rechtspersoonlijkheid heeft.
Werkgevers hebben een inspanningsverplichting om hun werknemers te stimuleren een ontwikkeladvies aan te vragen of scholing te volgen voor behoud van werk.
Werkgevers hebben een inspanningsverplichting om hun met ontslag bedreigde werknemers van werk naar werk te begeleiden.
Over 2020 (voor NOW3 eerste tijdvak) of over 2021 (voor NOW3 tweede en derde tijdvak) mag geen dividend of bonus worden uitgekeerd en mogen er geen eigen aandelen worden ingekocht, wanneer er sprake is van een steunbedrag op of boven het bedrag waarvoor een accountantsverklaring vereist is. Voor werkmaatschappijen die als onderdeel van een concern een NOW-subsidie hebben gekregen geldt dit drempelbedrag niet, voor hen geldt een bredere verplichting.
De werkgever betaalt zijn werknemers 100% door.
De werkgever is verplicht om de subsidie te gebruiken voor de betaling van de loonkosten, werkgeverspremies, werknemersbijdragen aan pensioen, de opbouw van vakantiegeld en andere kosten dan loonkosten.
De werkgever is verplicht om de werknemersvertegenwoordiging te informeren over een toegekende aanvraag.
De werkgever moet een controleerbare administratie voeren waarin alle gegevens die van belang zijn, kunnen worden nagegaan. Tot 5 jaar na vaststelling van de subsidie moet hij desgevraagd inzage geven in deze administratie.
De werkgever moet loonaangifte doen op grond van de Wet op de loonbelasting 1964 op de voorgeschreven momenten.
De werkgever moet aan UWV melden als er dingen gebeuren die van belang kunnen zijn voor een beslissing tot wijziging, intrekking of vaststelling van de subsidie.
De werkgever moet na afloop van de subsidieperiode een definitieve opgave van het omzetverlies indienen met daarbij een accountantsverklaring/verklaring derde (afhankelijk van de hoogte van het voorschot / het definitieve subsidiebedrag).
Voor deelname aan NOW3 die per 1 oktober geldt 2020, maakt het niet uit of u wel of niet hebt deelgenomen aan een voorgaande tranche van de NOW. Als u geen beroep hebt gedaan op NOW3.1 (oktober, november, december 2020) kunt u vanaf 15 februari een NOW-aanvraag indienen voor de NOW 3.2(= 4e aanvraagperiode bij UWV). U kunt de periode voor omzetverlies laten beginnen op 1 januari, 1 februari, of 1 maart. Indien u wel een beroep heeft gedaan op de voorgaande tranche van de NOW moet de omzetperiode aansluiten op de periode gekozen in het tijdvak daarvoor. De referentiemaand voor de loonsom is voor de NOW3 vastgesteld op juni 2020 (peildatum 26 augustus).
Het verstrekte voorschot kan geheel of gedeeltelijk worden teruggevorderd van de subsidieontvanger, als dit ten onrechte of voor een te hoog bedrag is verstrekt of als niet aan de verplichtingen is voldaan.
Bijvoorbeeld:
Een werkgever die subsidie ontvangt volgens de NOW-regeling heeft voor enkele werknemers bedrijfseconomisch ontslag aangevraagd. NOW3 bepaalt dat de werkgever dan een inspanningsplicht heeft om mensen van werk naar werk te begeleiden. De werkgever in dit voorbeeld heeft echter niet gebeld naar UWV om te vragen wat de mogelijkheden zijn om deze werknemers te begeleiden naar nieuw werk. In dat geval, wordt de totale subsidie met 5% gekort.
Tijdvakken NOW3
De NOW is met ingang van 1 oktober verlengd met 9 maanden tot 1 juli 2021. De NOW3 kent 3 tijdvakken:
NOW3.1: van 1 oktober 2020 tot 1 januari 2021 (= 3e UWV-aanvraagperiode)
NOW3.2: van 1 januari tot 1 april 2021(= 4e UWV-aanvraagperiode)
NOW3.3: van 1 april tot 1 juli 2021 (= 5e UWV-aanvraagperiode)
Voor elk tijdvak kan een werkgever besluiten om wel of geen aanvraag te doen. Ook als een werkgever geen aanspraak heeft gemaakt op de NOW 1 of 2, kan de werkgever gebruik maken van de NOW 3.
Het loket om NOW3.2 (tijdvak januari- maart) aan te vragen gaat naar verwachting 15 februari open tot en met 14 maart.
UWV hanteert voor de NOW 1, 2 en 3 in totaal 5 aanvraagperiodes
NOW 1 = eerste aanvraagperiode (maart, april en mei), is eerste tranche in de regeling.
NOW 2 = tweede aanvraagperiode (juni, juli, augustus en september), is tweede tranche in de regeling.
NOW 3 kent:
derde aanvraagperiode (oktober, november en december), is derde tranche in de regeling
Vierde aanvraagperiode (januari, februari en maart 2021), is de vierde tranche in de regeling
vijfde aanvraagperiode (april, mei en juni 2021), is de vijfde tranche in de regeling
De aanvraagperiodes van UWV hebben dus betrekking op de te onderscheiden tijdvakken.
Periodes dat u NOW3 kunt aanvragen
NOW 3.1: U kon tussen 16 november en 28 december 2020 bij UWV een aanvraag indienen voor een tegemoetkoming in de loonkosten over de periode oktober, november, december (NOW3, eerste tijdvak)
NOW 3.2: Voor de NOW 3, tweede tijdvak is de beoogde aanvraagperiode 15 februari 2021 tot en met 14 maart 2021.
NOW 3.3: Voor de NOW 3, derde tijdvak wordt gestreefd naar een aanvraagperiode tussen 17 mei 2021 en 13 juni 2021.
Tegemoetkoming NOW3 (tijdvak 1 oktober 2020 tot 1 januari 2021)
Werkgevers die te maken hebben met tenminste 20% verwacht omzetverlies, konden bij UWV een tegemoetkoming voor deze 3 maanden aanvragen ter hoogte van maximaal 80% van de loonsom, gerelateerd aan het omzetverlies.
Het omzetverlies wordt vastgesteld over een driemaandsperiode die start op 1 oktober, 1 november of 1 december 2020 en volgt daarbij de systematiek van de NOW1 en NOW2.
NOW3.1 aanvragen is niet meer mogelijk.
Tegemoetkoming NOW3 (tijdvak 2, januari 2020 tot 1 april 2021)
Werkgevers die te maken hebben met tenminste 20% verwacht omzetverlies, kunnen bij UWV een tegemoetkoming voor deze 3 maanden aanvragen ter hoogte van maximaal 85% van de loonsom, gerelateerd aan het omzetverlies. Het omzetverlies wordt dan vastgesteld over een driemaandsperiode die start op 1 januari, 1 februari of 1 maart 2021 en volgt daarbij de systematiek van de NOW1 en NOW2.
NOW3.2 aanvragen is mogelijk vanaf 15 februari 2021.
Tegemoetkoming NOW3 (tijdvak 3, 1 april 2020 tot 1 juli 2021)
Werkgevers die te maken hebben met tenminste 20% verwacht omzetverlies, kunnen bij UWV een tegemoetkoming voor deze 3 maanden aanvragen ter hoogte van maximaal 85% van de loonsom, gerelateerd aan het omzetverlies.
Het omzetverlies wordt dan vastgesteld over een driemaandsperiode die start op 1 april, 1 mei of 1 juni 2021 en volgt daarbij de systematiek van de NOW1 en NOW2.
Inspanningsverplichtingen en NOW3
In de NOW is voor werkgevers een inspanningsverplichting opgenomen om hun werknemers te stimuleren een ontwikkeladvies aan te vragen of scholing te volgen voor behoud van werk. Op het moment dat het werk sterk is verminderd of dreigt te verdwijnen is er mogelijk ruimte voor oriëntatie op een andere loopbaan of scholing richting ander werk. Werkgevers kunnen hun werknemers stimuleren door bijvoorbeeld tijd of middelen, bijvoorbeeld uit O&O-fondsen, beschikbaar te stellen. Ter ondersteuning heeft het kabinet in 2020 € 50 miljoen beschikbaar gesteld voor een crisispakket ‘NL leert door’. Daarmee kunnen mensen die door de crisis hun werk verloren hebben of dreigen te verliezen zich heroriënteren op baankansen en daarvoor zo nodig (online) scholing volgen. Voor 2021 is nog eens € 67 miljoen beschikbaar gesteld.
Werkgevers die gebruikmaken van NOW zijn verplicht om hun OR te informeren over het feit dat zij deelnemen aan NOW. Mochten werkgevers niet uit zich zelf aandacht geven aan loopbaanontwikkeling en scholing, dan kan de OR of personeelsvertegenwoordiging de vinger aan de pols houden en de werkgever hierop aanspreken.
Voor tips en informatie om te kijken wat u kunt doen in het kader van scholing en ontwikkeling zie ook:
Werkgevers die NOW3-steun ontvangen, zijn verplicht om zich in te spannen om werknemers naar nieuw werk te begeleiden als zij werknemers ontslaan. Werkgevers kunnen hierbij gebruikmaken van de verschillende mogelijkheden uit het Sociaal Pakket.
De inspanningsverplichting is breed en geldt voor alle werknemers waarvan het contract afloopt en/of die uit dienst gaan. Hoe de werkgever die inspanningsverplichting precies vorm geeft is aan de werkgever, behalve als de werkgever bedrijfseconomisch ontslag aanvraagt bij UWV. In dat geval moet hij telefonisch contact opnemen met UWV. UWV zal bij de vaststelling van de NOW-tegemoetkominng controleren of bedrijfseconomisch ontslag heeft plaatsgevonden en of met UWV is gebeld. Blijkt de werkgever bij bedrijfseconomisch ontslag niet gebeld te hebben met UWV, dan krijgt hij een een korting van 5% op de subsidie.
In de NOW 3 zijn er geen gevolgen meer voor de hoogte van de subsidie als een werkgever bedrijfseconomisch ontslag aanvraagt. In de NOW en NOW2 kreeg de werkgever een korting op de subsidie als hij ontslag om bedrijfseconomische redenen aanvroeg. Dat is met deNOW 3 niet meer zo.
Nee, ook de voorwaarden uit de NOW2 rondom collectief ontslag zijn in de NOW3 geschrapt. De werkgever moet zich bij collectief ontslag wel aan de regels uit de Wet melding collectief ontslag (WMCO) houden.
Overige vragen NOW
Dubbele subsidiëring van loonkosten door de overheid is niet gewenst. Daarom is verkend of de NOW-subsidie verrekend kon worden met de loonkostensubsidie op grond van de Participatiewet. Dit blijkt niet uitvoerbaar voor gemeenten. Om deze reden accepteren we in deze bijzondere situatie de dubbele subsidiëring van de loonkosten. De kosten hiervan zijn beperkt en hiermee kan ook onrust worden voorkomen bij werkgevers die mensen uit de doelgroep banenafspraak in dienst hebben. Dit sluit aan op het jaarrekeningenrecht: ook daar wordt de loonkostensubsidie niet als omzet gezien.
U kunt uw werknemers uitlenen aan een andere werkgever. Als dat gebeurt bij wijze van hulpbetoon zonder winstoogmerk (maximaal tegen loonkosten en een kleine opslag), dan is er sprake van collegiale uitleen.
Wanneer u kosten in rekening brengt voor de uitleen heeft dat mogelijk gevolgen voor uw recht op NOW. Het recht op en de hoogte van de NOW-tegemoetkoming wordt namelijk bepaald door uw omzetverlies. Door het in rekening brengen van kosten voor uitleen, genereert u omzet. U dient er dan tevens rekening mee te houden dat de Wet allocatie arbeidskrachten bij intermediairs (Waadi) van toepassing is, wanneer er meer dan een kleine opslag op de loonkosten wordt betaald. In dat geval geldt de loonverhoudingsnorm. Dit betekent dat werknemers recht hebben op hetzelfde loon en overige vergoedingen als werknemers in gelijke of gelijkwaardige functie in dienst van de inlener. Hier kan bij cao van worden afgeweken. Ook heeft u als uitlenende werkgever een registratieplicht. U moet ingeschreven staan bij de KvK. Bij deze inschrijving wordt opgenomen dat u de activiteit van het ter beschikking stellen van arbeidskrachten uitoefent.
UWV en de Belastingdienst gaan vertrouwelijk om met de door u verschafte bedrijfsgegevens. Echter geldt in het algemeen dat in het kader van de Wet openbaarheid van bestuur (Wob), informatie opgevraagd kan worden over bestuurlijke aangelegenheden, ook rond de NOW. Ter voorkoming van hoge administratieve lasten worden werkgevers die de NOW-aanvragen geacht akkoord te zijn met het eventueel openbaar maken van informatie uit het subsidiedossier. Om het openbaar maken van bedrijfs- en concurrentiegevoelige informatie over omzetverlies te voorkomen, ziet de in deze regeling opgenomen bepaling alleen op de naam en het adres van het bedrijf, het door de aanvrager ontvangen voorschot en het vastgestelde subsidiebedrag. Zo wordt een eventuele benadeling door openbaarheid van informatie van deze bedrijven zo veel mogelijk voorkomen.
Nee. Met de instelling van de Tijdelijke noodmaatregel overbrugging voor behoud van werkgelegenheid (NOW) is de regeling wtv per direct komen te vervallen.
De NOW ademt mee met het omzetverlies: hoe meer omzetverlies, hoe meer steun het bedrijf ontvangt om de loonkosten te dragen.
In de NOW-3 ontvangt een bedrijf van oktober tot 2020 tot januari 2021 (NOW3.1) maximaal 80% van de loonsom maal het omzetverlies. Van 1 januari tot 1 juli (NOW3.2 en NOW3.3) is dat maximaal 85%.. Bij 20 procent omzetverlies ontvangt een bedrijf dus vanaf 1 januari tot 1 juli 85 procent x 20 procent = 17 procent van de loonsom. Bij 100 procent omzetverlies is dit 80 procent van de loonsom (NOW3.1) en 85% van de loonsom in NOW3.2 en in NOW3.3. Bovendien kan de loonsom met 10% dalen ten opzichte van juni 2020 zonder dat dit tot een korting op de NOW-subsidie leidt.
Waar vind ik alle informatie over de (oude) NOW1.0 en NOW2.0 terug?