Liquiditeitssteun voor Sint Maarten

Sint Maarten ontvangt nog dit jaar 24 miljoen Antilliaanse gulden (ANG), ruim 11,3 miljoen euro,  financiële steun van Nederland. De Rijksministerraad heeft dat besloten op voorstel van staatssecretaris Van Huffelen van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Met het geld kan de regering van Sint Maarten de lopende rekeningen betalen. Het bedrag aan liquiditeitssteun is opgebouwd uit 14 miljoen ANG steun in het derde kwartaal en 10 miljoen ANG voor de laatste drie maanden van dit jaar.

De nu toegekende financiële hulp is onderdeel van de afspraken die er zijn gemaakt tijdens de corona-pandemie. Nederland schoot de landen toen te hulp met ruim een miljard euro aan renteloze leningen, naast allerhande medische hulp en ondersteuning met bijvoorbeeld voedselpakketten via het Rode Kruis. 

Ook werd afgesproken dat de landen in 2020, 2021 en 2022 niet hoefden te voldoen aan de begrotingsnormen. Die zeggen dat er niet meer mag worden uitgegeven dan er binnenkomt. Voor eventuele gaten op de begroting die daardoor ontstonden, mochten de landen onder voorwaarden extra steun aanvragen in de vorm van renteloze leningen. Voor zowel het derde als het vierde kwartaal van 2022 maakt Sint Maarten daar nu gebruik van.

Curaçao en Aruba hebben geen liquiditeitssteun gevraagd. Nu naar verwachting de coronapandemie in een nieuwe fase is beland, en de economieën van Aruba, Curaçao en Sint Maarten weer aantrekken, verwacht de Rijksministerraad dat alle drie de landen in 2023 geen extra geld van Nederland nodig hebben.