Kabinet aan de slag met aanbevelingen IOB over Nederlandse bijdrage aan VN-missie MINUSMA

De directie Internationaal Onderzoek en Beleidsevaluatie (IOB) heeft een onafhankelijk onderzoek uitgevoerd naar de Nederlandse bijdrage aan de VN-missie UN Multidimensional Integrated Stabilisation Mission in Mali (MINUSMA) tussen 2014 en 2019. In een Kamerbrief van 30 september 2022 reageert het kabinet op de bevindingen en aanbevelingen.

Nederlandse inzet in Mali

Stabiliteit en veiligheid in Afrika is van directe invloed op Nederland en Europa. Niet alleen op het gebied van veiligheid, maar ook bijvoorbeeld op het voorkomen van migratiestromen en terrorismedreiging. Het kabinet acht het daarom van belang bij te blijven dragen aan internationale missies.

Van april 2014 tot 1 mei 2019 droeg Nederland bij aan de VN-vredesmissie in Mali. De Nederlandse bijdrage bestond onder andere uit defensiepersoneel, politiefunctionarissen en civiele adviseurs en experts.

De VN-operatie in Mali (Engels) moet de veiligheid en stabiliteit in het land herstellen en de burgers beschermen. Momenteel draagt Nederland nog altijd bij aan MINUSMA, en de huidige Force Commander van de missie is een Nederlandse luitenant-generaal.

VN-vredesmissies

Het kabinet benadrukt dat bijdragen aan VN-vredesmissies vrijwel altijd plaatsvinden in een weerbarstige context, waarin resultaten vaak niet gemakkelijk te boeken zijn en risico’s zullen blijven bestaan. Tegelijkertijd onderstreept het kabinet het belang om te blijven bijdragen aan internationale missies: om de internationale rechtsorde en stabiliteit te bevorderen. Dat is ook belangrijk voor de veiligheid in Nederland.

Evaluatie van de Nederlandse bijdrage

Direct na afloop van de missie tussen 2014 en 2019 voerden betrokken ministeries (Buitenlandse Zaken, Defensie, en Justitie en Veiligheid ) al een interne evaluatie uit. Conform de motie-Bosman c.s. van 2020 voerde ook de IOB een onafhankelijke eindevaluatie uit van de Nederlandse bijdrage aan de VN-missie.

Eindevaluatie IOB

IOB uit zich positief over de kwaliteit en de professionaliteit van de Nederlandse bijdrage, maar de algehele evaluatie is kritisch van toon. De eindevaluatie van IOB bevat twaalf bevindingen en tientallen aanbevelingen. Die zijn belangrijk voor de toekomstige besluitvorming over Nederlandse bijdragen aan internationale missies.

Uit de bevindingen blijkt onder meer dat de militaire (inlichtingen)bijdrage onvoldoende ingebed kon worden in de missie, de militaire doelstellingen te ambitieus waren, een politiek-strategische doel ontbrak en de geïntegreerde benadering niet duidelijk uitgewerkt was.

Reactie van het kabinet op de resultaten

In de beleidsreactie laten minister Hoekstra (Buitenlandse Zaken), minister Ollongren (Defensie), minister Schreinemacher (Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking) en minister Yeşilgöz-Zegerius (Justitie en Veiligheid) weten dat een aantal van de bevindingen en aanbevelingen al is, of wordt uitgevoerd.

Naar aanleiding van de geleerde lessen over de missie in Afghanistan heeft het kabinet bijvoorbeeld het belang van een duidelijke formulering van het missiemandaat en de Nederlandse doelstelling al onderkend en meegenomen in recente Kamerbrieven over bijdragen aan missies.  Het kabinet werkt aan doorontwikkeling van de geïntegreerde benadering zodat bij toekomstige missie-inzet verschillende middelen en beleidsinstrumenten beter samenhangen en elkaar versterken.

Het kabinet zegt toe bij toekomstige inzet van inlichtingencapaciteit voorafgaand een analyse te maken van de informatiebehoefte en de verschillende deelnemers binnen de missie. Ook wordt er beter gekeken naar wie verantwoordelijk is voor de civiele inlichtingenbehoeften, en wie voor de militaire inlichtingenbehoeften.

Dank aan het Nederlandse personeel in Mali

Het kabinet dankt ook alle betrokken militairen, politiefunctionarissen en civiele adviseurs die uitgezonden zijn geweest naar Mali. Voor hun inzet, vaak onder moeilijke omstandigheden. Het Nederlandse personeel stond bekend als professioneel, waardevol en betrokken. Samen hebben zij Nederland een belangrijke dienst bewezen.

Het kabinet herdenkt de militairen die gedurende de bijdrage aan de missie zijn overleden of gewond geraakt. En alle Malinese en andere slachtoffers, zowel militair als burger, die zijn gevallen tijdens hun inzet voor vrede en veiligheid in Mali.