Letterlijke tekst persconferentie na ministerraad 21 februari 2020

Letterlijke tekst van de persconferentie van viceminister-president De Jonge na afloop van de ministerraad op 21 februari 2020.

Inleidend statement viceminister-president De Jonge

Net als vorige week sta ik u weer te woord om verslag te doen van de besprekingen vandaag in de ministerraad. Minister-president Rutte is in Brussel voor de buitengewone Europese Raad over de meerjarenbegroting van de Unie. Zoals de minister-president in aanloop naar de top al heeft gezegd, zijn deze onderhandelingen zeer complex. Dat is iedere zeven jaar zo en dit MFK vormt daarop geen uitzondering. Voor de laatste stand van zaken verwijs ik u naar de collega’s in Brussel waar de minister-president de media te woord zal staan. 

Minister Bruins heeft ons vanochtend bijgepraat over de laatste stand van zaken rond het coronavirus. We zien dat het aantal besmettingen nog steeds oploopt, nu bijna 77.000, en dat geldt ook voor het aantal dodelijke slachtoffers, rond 2.250. Het aantal patiënten in Europa met het virus komt nu uit op 45. En in Nederland, gelukkig, zijn er nog geen besmettingen vastgesteld. Er is de afgelopen weken achter de schermen hard gewerkt door onze ambassades, door het RIVM en door de lokale GGD’en om Nederlanders terug te laten keren en vervolgens medisch te laten onderzoeken en te begeleiden. Dat geldt voor de mensen die onder begeleiding zijn teruggekeerd vanuit Wuhan. Deze mensen zijn 14 dagen in quarantaine gehouden en zijn goed gemonitord. En inmiddels is vastgesteld dat zij niet besmet zijn. Nederlanders op het cruiseschip De Westerdam, die in nauwe samenwerking tussen de rederij, de Holland Amerika Lijn en onze ambassades zijn teruggekeerd, zijn na een medische check eveneens gezond verklaard en hoeven niet in quarantaine. En datzelfde geldt voor de Nederlanders die van de Diamond Princess kwamen. De teruggekeerde en nog terugkerende mensen zijn allemaal in beeld bij het RIVM en bij de GGD. En bij aankomst in Nederland beoordeelt de lokale GGD welke aanpak vereist is. De betrokken GGD’en monitoren de terugkerende mensen 14 dagen, om er zeker van te zijn dat zij niet alsnog ziekteverschijnselen ontwikkelen.

Verder hebben wij in de ministerraad een aantal besluiten genomen om tegemoet te komen aan de mensen die zijn getroffen door de gevolgen van gaswinning uit het Groningerveld. Daarbij gaat het om de gaswinning zelf, het versterken van de woningen en het vergoeden van immateriële schade. Het kabinet zal zich de komende jaren blijven inzetten voor het snel en adequaat afhandelen van de schade en het versterken van de gebouwen in Groningen.

Aanslag Hanau

GEERTS (NOS)
Meneer De Jonge, afgelopen week was er een vreselijke aanslag in het Duitse Hanau. De Duitse bondspresident zei gisteravond (onverstaanbaar, red), dat hij vond dat mensen moet oppassen met taal, die kan leiden tot geweld. Ik vroeg mij af of u die oproep begreep?

DE JONGE 
Taal doet ertoe. Ik denk dat je dat zeker kunt zeggen. Ik denk dat je op moet passen om een causale relatie te leggen tussen taal en zo’n vreselijke aanslag. Het zijn natuurlijk de daders zelf die verantwoordelijk zijn voor hun daden. Maar taal doet ertoe, zeker. 

GEERTS 
Afgelopen week zagen we een voorbeeld in de Tweede Kamer, ik weet niet of u het gezien heeft, dat er een debat was tussen Lodewijk Asscher van de PvdA en Thierry Baudet over een term die we tot nu toe nog niet in de vergaderzaal hadden gehoord, namelijk dat er een doelbewust plan zou zijn om de Europese identiteit te verzwakken. Heeft u dat debat gezien?

DE JONGE 
Ja, ik heb een fragment van dat debat gezien, en wat ik denk ik heel goed vind is dat zoiets dan ook niet…dat er niet schouderophalend aan voorbij wordt gegaan. Dus dat het wordt weersproken. Dat je dus niet zomaar in die plenaire vergaderzaal onweersproken dit soort complottheorieën kunt debiteren. Ik denk dat dat heel belangrijk is. Wat Asscher daar deed was goed, ik geloof ook dat Omtzigt hem daar op aan heeft gesproken. Ik denk dat het belangrijk is dat parlementariërs elkaar ook aanspreken want zoals voor ons allemaal geldt: taal doet ertoe. En dat betekent ook dat iedereen daar zijn verantwoordelijkheid voor heeft. Ook parlementariërs.  

GEERTS 
En denkt u dat de taal die daar gesproken wordt, het woord omvolking is wel gevallen, denkt u dat dat taal is die die bondspresident ook bedoelde. Als zijnde taal die kan aanzetten tot haat?

DE JONGE 
Volgens mij is de uitspraak van de bondspresident in Duitsland geweest, dat aan dit type verschrikkelijke daden, taal voorafgaat die mensen uitsluit en mensen kleineert. Ik dacht dat dat de uitspraak was die de bondpresident heeft gedaan. En waar ik niet in mee zou willen gaan is dat er een causale relatie is, een oorzakelijke relatie is, tussen taal en dit soort verschrikkelijke daden. Maar wat natuurlijk wel zo is dat taal er toe doet. Taal kan bijdragen aan de polarisatie van het debat en polarisatie, mensen tegen elkaar opzetten. En ja, inderdaad, de politiek wordt van polarisatie soms gebruik gemaakt om je eigen punt te maken, om met name voor je eigen achterban op te komen, maar wel  ten koste van anderen. En het is goed om daar waakzaam op te zijn. Kijk taal kan samenwerking mogelijk maken of juist in de weg staan. Kan verschillen uitvergroten of verschillen overbruggen. Het is aan een ieder de keuze te maken die hij verkiest, maar ook aan anderen scherp te houden, bij de les te houden en te laten zien dat taal en uitingen in het publieke debat consequenties kunnen hebben. 

GEERTS 
Vicepremier Koolmees, uw collega in dit kabinet, zei dat Kamerleden wellicht ook daarin voorzichtig moeten zijn, welke taal ze gebruiken. Zou u zich aansluiten bij die woorden?

DE JONGE 
Wat collega Koolmees meen ik heeft gezegd is dat taal ertoe doet. En dat iedereen een verantwoordelijkheid heeft om zijn woorden zorgvuldig te kiezen. Wetend wat daarvan de gevolgen kunnen zijn. De gevolgen in termen van polarisatie, de gevolgen kunnen zijn in termen van mensen die zich uitgesloten kunnen voelen door taalgebruik, ook van politici. Wat ik zei, is dat taal het vermogen heeft om samenwerking mogelijk te maken of juist samenwerking in de weg te staan. Verschillen te overbruggen of juist verschillen uit te vergroten. En natuurlijk is het aan politici om daarom hun woorden zorgvuldig te verkiezen. 

GEERTS 
Vindt u dat termen als omvolking en dergelijke thuishoren in het Nederlands parlement?

DE JONGE 
Ik vind het een idiote theorie en ik vind het heel goed daarom dat Asscher en ook Omtzigt dat dan ook niet schouderophalend hebben laten passeren, maar daar collega Baudet ook op hebben aangesproken.

DE WINTHER (TELEGRAAF)
Aanvullende vragen daarover, meneer De Jonge, ik wil graag met u meegaan in wat u zegt over dat je misschien moet wegblijven bij het causale verband tussen het een en het ander in dit geval, maar er wordt nu vanuit het kabinet echt een duidelijk signaal gegeven dat volksvertegenwoordigers wel op hun woorden moeten letten. De afgelopen week waren er ook weer boerenprotesten in deze stad. Er zijn veel boerengezinnen die zich toch de stuipen op het lijf hebben weten te jagen omdat een regeringspartij aankondigt dat de veestapel zou worden gehalveerd en die mensen vrezen voor hun bestaansrecht. Hoort dat dan niet ook in die categorie dat misschien die volksvertegenwoordigers wat voorzichtig met hun woorden moeten omspringen?

DE JONGE
Ja, even oppassen natuurlijk dat ik hier op de stoel ga zitten om alle uitspraken van alle Kamerleden te gaan zitten recenseren. Meestal is het zo dat de Kamer het kabinet controleert en recenseert.

DE WINTHER
Het kabinet is begonnen vandaag, dus...

DE JONGE
En niet andersom natuurlijk. Nou, ik denk dat wat collega Koolmees heeft gezegd iets anders is. Die heeft gezegd: taal doet ertoe. Taal kan consequenties hebben, in de zin van dat mensen zich buitengesloten kunnen voelen, in de zin van dat mensen zich beledigd kunnen voelen, getergd kunnen voelen. En ik denk dat het goed is dat iedereen een verantwoordelijkheid voelt voor het maatschappelijk debat. Wat we denk ik veel te vaak doen is de ene extreme mening tegenover de andere extreme mening zetten en daarmee doen alsof we een maatschappelijk debat hebben. Terwijl de grote, stille meerderheid van Nederland zich daar helemaal niet in herkent. Ik denk dat het helder is dat je ook, en zeker ook vanuit de politiek juist ook zorgen moet willen benoemen. Dat is heel erg goed om te doen, maar pas op met taal. Pas op dat je niet bedoeld of onbedoeld bijdraagt aan een polarisatie van het maatschappelijk debat waarmee je het samenleven in de weg staat. En ik denk dat dat een terechte oproep is van Koolmees. En ik geloof niet dat hij bedoeld heeft te zeggen dat daar een causale relatie bestaat tussen die verschrikkelijke daad in Duitsland en een maatschappelijk debat. Hij heeft gereageerd op die woorden van Steinmeier en heeft vervolgens gezegd: ja inderdaad, ook parlementariërs hebben zich rekenschap te geven van de woorden die ze kiezen. En ik denk dat dat waar is. 

DE WINTHER
Geldt dat dan ook voor de wellicht extreme mening, want sommige mensen in Nederland vonden dat nogal extreem, dat de veestapel moet worden gehalveerd? En wie bepaalt eigenlijk wat een extreme mening is in dit land?

DE JONGE
Nou ja, precies, dan kom je natuurlijk ook op die scheidslijn die natuurlijk helemaal niet zo makkelijk te trekken is. De uitspraak waar u op doelt overigens, ik weet dat dit er heel erg in heeft gehakt bij grote groepen boeren die zich buitengewoon onzeker voelen, toch al, over hun eigen toekomst. En zo’n uitspraak helpt daar natuurlijk niet bij. Ook al zeg je vanuit het kabinet honderd keer: maar dat is helemaal geen kabinetsbeleid of is er voor die opvatting ook helemaal geen meerderheid in de Kamer, toch in een context van onzekerheid die aan de keukentafel bij de boeren toch al wordt gevoeld, is dit inderdaad een uitspraak die natuurlijk bijdraagt aan diezelfde onzekerheid.

DE WINTHER
Een extreme mening?

DE JONGE
Kijk, dit is natuurlijk precies het domein wat ingewikkeld is, om eventjes met een krijtlijntje aan te geven: dit zijn extreme meningen. En ik wil ook zeker niet op de stoel komen van de meningenpolitie welke mening je wel of niet mag hebben. Dat was ook niet het pleidooi van Koolmees. Wat Koolmees heeft gezegd is: taal doet ertoe. Taal heeft effect, heeft consequenties en wees je ervan bewust dat taal ook bij kan dragen aan polarisatie. Geldt dat dan ook voor parlementariërs? Ja dat geldt ook voor parlementariërs, dat geldt voor iedereen die deelneemt aan het publieke debat.

Boerenprotesten

VAN LEEUWEN (BNR)
Ja, het is een beetje aansluitend op wat collega Wouter net zei, maar dan de taal van de boeren. Want boze boeren die hebben eigenlijk deze week gezegd, geëist: CDA, trek de stekker uit dit kabinet. Wat is uw antwoord daarop?

DE JONGE
Ja, kijk als ik hier nou weer heel uitbundig op inga, ben je dan niet precies bezig met wat we eigenlijk niet moeten doen? Dit is een extreme opvatting. Als ik daar dan weer op ga reageren dan gaan we allerlei opvattingen weer tegenover elkaar zetten. Dat is niet wat we moeten doen. Wat we moeten doen is kijken naar: wat zijn eigenlijk de zorgen van die grote groep boeren die misschien wat minder vocaal zijn, en met wat minder decibellen de krant halen, maar die natuurlijk wel zorgen hebben, serieuze zorgen hebben. Daartoe heb je je te verhouden. En niet tot elke extreme mening in het publieke debat.

VAN LEEUWEN 
Maar toch, het verhaal is: ze voelen zich niet gehoord, en zij roepen nu op: zeg je CDA-lidmaatschap op. Dat is een serieuze dreiging waar je natuurlijk...

DE JONGE
Dat is bijzonder onverstandig om te doen. In algemene zin is dat onverstandig om te doen. Nee maar kijk, ik begrijp uw vraag wel maar dan zou ik het toch gaan doen, en ik ga dat niet doen, omdat ik denk dat we het maatschappelijk debat en het publieke debat helpen als we iets minder aandacht hebben voor die extremen binnen dat maatschappelijk debat en iets meer aandacht hebben voor de opvattingen van die grote stille meerderheid. En ik zeg stille meerderheid omdat ze vaak net wat minder doorkomen in het publieke debat dan die extreme opvattingen.

VAN LEEUWEN 
Dus u denkt dat de meeste boeren wel blij zijn met uw beleid en met uitkopen van boeren?

DE JONGE
Nou, ik denk dat de meeste boeren zich heel veel zorgen maken en heel graag willen dat er een kabinet is dat die zorgen onderkent en met die zorgen het stikstofbeleid op de meest verantwoorde manier ook vormgeven. Ik denk dat het zo zit. En dat is precies ook wat we aan het doen zijn. En daarom zijn we ook zo intensief in overleg met het Landbouwcollectief en dat overleg gaat gewoon goed.

DE WINTHER (TELEGRAAF)
Meneer De Jonge, wie wordt de nieuwe adviseur die gaat kijken met de Zeeuwen welke compensatie er moet komen? 

DE JONGE
Daar zijn we nu een aantal namen voor aan het verkennen. We proberen daar samen met de Zeeuwen uit te komen. 

DE WINTHER
Er was vandaag een pleidooi van het KNMI dat kernenergie eigenlijk zo gek nog niet is. Is het wellicht mogelijk om misschien nog een kerncentrale te bouwen in Zeeland? 

DE JONGE
Nou, misschien een paar dingen uit elkaar halen. Allereerst, misschien ook goed om na ons gesprek van vorige week ook nog eens te onderstrepen dat het feit dat de mariniers niet naar Zeeland komen dat dat natuurlijk ook betekent dat wij Zeeland op een goeie manier tegemoet hebben te komen. En dat zullen we ook doen. En we gaan juist met die speciale adviseur, met de Zeeuwen, kijken wat we voor Zeeland kunnen doen. Dat is één. Tweede is, kernenergie, interessante optie. Ik denk uiteindelijk dat we er niet aan ontkomen dat je alle vormen van energie nodig zult hebben naar de toekomst toe. En daarmee ook kernenergie. Betekent overigens wel dat je een investeerder moet hebben in kernenergie en dat is nog niet zo makkelijk om die te vinden. Maar zoals Wiebes heeft gezegd: het loket is open. 

DE WINTHER
Ik sprak toevallig de afgelopen 24 uur een Zeeuwse gedeputeerde, ook van CDA-huize, die zei...

DE JONGE
Nou, u zit ook midden in de samenleving. 

DE WINTHER
Ja, die zei dat alle faciliteiten klaarliggen in Zeeland voor de bouw van een nieuwe kerncentrale. Als er inderdaad iemand zich meldt om zo’n vergunning aan te vragen. Denkt u dat dit kabinet dan medewerking gaat geven aan het realiseren daarvan? Want ik begrijp ook dat het in de coalitie nog lang geen uitgemaakte zaak is dat het die kant op moet. 

DE JONGE
Nou, kijk, ik heb collega Wiebes heb ik horen zeggen dat het loket open is. Dat we naar de toekomst toe alle vormen van energie serieus moeten onderzoeken. Het zou zomaar kunnen zijn, uw ragfijne politieke gevoel zou zomaar wel eens terecht kunnen zijn, dat dat binnen de coalitie nog niet zomaar een gelopen race is. Maar los daarvan, is er op dit moment natuurlijk nog geen investeerder die zich heeft gemeld. En als dat wel het geval is dan gaan we daar natuurlijk serieus naar kijken. 

Verhuizing Marinierskazerne

VAN LEEUWEN (BNR)
Heeft u Barbara Visser al gesproken na het debat van afgelopen week.

DE JONGE
Geappt.  

VAN LEEUWEN
Dat was het appje wat ik zag in het beeld? Wat stond daar in? 

DE JONGE
Dat heeft u niet gezien, want dat heb ik aan haar verstuurd. 

VAN LEEUWEN
Maar wat vond u van het optreden? Er gaan ook stemmen op nu, bijvoorbeeld van partijgenoten van u van het CDA, mevrouw Peijs, dat ze toch had moeten aftreden na alles wat er is gebeurd. 

DE JONGE
Nee, we gaan het debat van gisteren niet over doen. Collega Visser heeft daar verantwoording afgelegd over de stappen die zij heeft gezet. Ik heb u daar vorige week over verteld, hoe ook de kabinetsbespreking op dat punt is geweest. Dat er keuzes zijn geweest die het kabinet heeft gemaakt. Wat we gaan doen is op een goede manier zorgen voor compensatie voor de Zeeuwen. Dat is wat we gaan doen. 

VAN LEEUWEN
Dus wat u betreft kan zij aanblijven? Het was wel, de stemmen staakten he. Een historisch moment, 75 tegen 75. Er was eigenlijk geen echte meerderheid. 

DE JONGE
Nou 67, 63 uiteindelijk in de stemming. Hoe het ook zij, collega Visser heeft verantwoording afgelegd voor de manier waarop ze heeft geopereerd, ze heeft ook excuus gemaakt aan de Zeeuwen. Ze heeft ook gezegd: ik heb heel erg precies mijn huiswerk willen doen, voordat ik zou komen tot een keuze. Voordat ik die keuze wilde voorleggen. Wat ik daarbij onvoldoende heb gedaan is zowel de Zeeuwen als de Kamer mee te nemen. Daarmee heeft zij verantwoording afgelegd voor de keuze die zij heeft gemaakt. En overigens vanuit de intentie en vanuit de overtuiging daarmee het beste te doen voor het korps mariniers. Ik denk ook dat ze dat op een goede manier heeft kunnen overbrengen. 

MEIJER (VOLKSKRANT)
Meneer De Jonge, er komt een financiële tegemoetkoming voor misbruik in de jeugdzorg. Denkt u dat geld dit leed kan compenseren? 

DE JONGE
Nee. Nee. Dat kan niet. Als je de verhalen van de Commissie-De Winter, want die heeft geweld in de jeugdzorg onderzocht, als je die op je in laat werken dan ja dan zie je hoe groot dat leed is. En hoe groot de littekens zijn, hoe diep de pijn zit. Samen met collega Sander Dekker heb ik verschillende malen lotgenotenbijeenkomsten bezocht. Verschillende malen lotgenoten ook gesproken. En ja, dat leed is zo onbegrijpelijk groot. Dat is nooit met geen enkele regeling, met geen enkele regeling, geen enkele maatregel is dat te compenseren. Niettemin is het goed om dat leed te erkennen. Het kabinet heeft excuses gemaakt. En het kabinet is gekomen tot een set aan maatregelen. Maar daar ga ik nu verder nog niks over zeggen, want op dit moment is collega Dekker bij een lotgenotenbijeenkomst en hebben we afgesproken dat hij eerst daar de maatregelen toelicht zoals we die zullen nemen. 

MEIJER
Dus het geld is onderdeel van een pakket van een groter geheel en niet een algehele verzachting. 

DE JONGE
Een breed pakket aan maatregelen als erkenning eigenlijk voor het leed wat hen is aangedaan. En het zijn kinderen die uit huis zijn geplaats zijn geweest onder toeziend oog van de overheid. Dus daar had echt de veiligheid beter gewaarborgd moeten worden dan die is geweest. Dat leed is heel groot. En dus een regeling of wat dan ook, welke maatregel dan ook, kan daar nooit een adequaat antwoord op bieden. En tegelijkertijd willen wij als kabinet wel die erkenning geven. Wat dat precies behelst die erkenning, dat wordt op dit moment toegelicht, daar ga ik nu even niks over zeggen. 

WESTER (RTL NIEUWS)
Meneer De Jonge, nog even terug naar het debat van gisteren. De Zeeuwen, de Kamer heeft ook iets anders gezegd: zolang er geen overeenstemming is en tevredenheid bij de Zeeuwen over de eventuele compensatie mag er geen definitief besluit worden genomen over het niet verplaatsen van de kazerne in Vlissingen. Klinkt als een redelijk blanco cheque voor de Zeeuwen?

DE JONGE
Of als een onderstreping van de juistheid van het nemen van een voorgenomen besluit, meneer Wester. 

WESTER
Dus dan blijft het een voorgenomen besluit. Want het definitief afblazen van de kazerne in Vlissingen kan niet zonder dat de Zeeuwen eerst tevreden zijn. Dus als die lekker ontevreden blijven, kunt u geen besluit nemen. 

DE JONGE
Zullen we nou eens eerst gewoon dat gesprek met de Zeeuwen aangaan? We gaan die adviseur benoemen, dan gaan we het gesprek met de Zeeuwen aan, we gaan horen wat hun ideeën zijn, waar zij mee geholpen zijn. Ze hebben verwachtingen gehad van de economische ontwikkeling van die kazerne, wat dat gaat zou doen met de werkgelegenheid, wat dat gaat doen met het perspectief voor Zeeland. En terecht dat ze zeggen: als die kazerne niet komt, dan willen we wel dat er op een adequate manier compensatie plaatsvindt. Daar gaan we het over hebben. 

WESTER
En als die compensatie onvoldoende is willen we alsnog die kazerne? Dat is de stelling van de Zeeuwen. 

DE JONGE
Ja. 

Smartengeld voor Groningers

WESTER
Oké, dus het kan nog steeds. Dan nu we het toch over compensatie hebben. Van de Zeeuwen even naar de Groningers als het mag. Want het kabinet heeft besloten dat voor de mensen die slachtoffer zijn in een aardbevingsgebied, dat emotionele schade ook vergoed moet worden. Wat moeten we ons daar precies bij voorstellen? 

DE JONGE
Er is een advies gevraagd hoe dat er dan uit zou moeten zien. En op welke manier we recht zouden kunnen doen aan die immateriële schade. Dat advies, dat leiden wij door aan de commissie die straks wordt ingesteld om dat te doen, om überhaupt alle vormen van schade-afhandeling te doen. Dat geldt dus ook voor de immateriële schade. Het advies behelst eigenlijk een drietal elementen. Voor wonen, gezondheid en welzijn elk een bedrag van duizend euro. En dat betekent per huishouden een max. van 3000 euro. En daarbij is ook gezegd dat de aanvragers geloofd worden in hun verhaal. Dus dat daar geen bewijslast of wat dan ook bij komt kijken. Er wordt wel een motivatie gevraagd, maar geen bewijslast die daarbij komt kijken. En het Instituut Mijnbouwschade Groningen, dat is op dit moment in oprichting, die gaat vervolgens aan de slag met die regeling. Dus dit is het advies, zij gaan aan de slag met die regeling. Nou die kwartiermaker van dat instituut heeft zich in grote lijnen al aangesloten bij dat advies en nou, wellicht dat er nog iets aan veranderd. De exacte uitwerking namelijk zullen zij ter hand nemen. Maar dit is het advies hoe ook immateriële schade tot een schadevergoeding zou moeten kunnen leiden. 

WESTER 
Om het even heel concreet te maken met een voorbeeld; als die Groningers zeggen, een gezin bijvoorbeeld, door alles wat er gebeurd is en mogelijk zou kunnen gebeuren, slapen wij heel slecht, al jaren lang, dan krijg je gewoon geld. Dan hoef je niet aan te tonen dat je slecht slaapt?

DE JONGE 
Ja, er wordt een motivatie gevraagd, maar geen bewijs. Anders kom je in een enorme administratieve toestand terecht en dat helpt natuurlijk niet. Wat je hiermee wilt doen is een tegemoetkoming bieden, ook in de immateriële schade. Ook hiervoor geldt overigens, ja dat vergoedt natuurlijk niet het leed, maakt het leed niet goed maar geeft een erkenning, een financiële erkenning in dit geval, in de vorm van een tegemoetkoming. 

WESTER 
En gaat het om een tegemoetkoming voor mensen die daadwerkelijk schade ook hebben geleden, bijvoorbeeld aan hun huis. Of mensen die misschien gewoon ook in dat gebied wonen, geen schade aan hun huis hebben, maar wel altijd bang geweest zijn dat ze schade zouden kunnen krijgen. 

DE JONGE 
Het gaat, de schadeafhandeling aan huizen, daar is al een publiekrechtelijke regeling voor mogelijk gemaakt, via die Tijdelijke Wet Groningen. En de Tijdelijke Commissie Mijnbouwschade, dat is het loket waar mensen zich met schade kunnen melden aan hun huis. En dan gaat het inderdaad gewoon over fysieke schade zou je kunnen zeggen. Maar ook voor immateriële schade hebben wij een regeling willen treffen, en dat is deze regeling. Daarover hebben wij advies gevraagd aan een expertcommissie hoe dat dan te doen. Met gestandaardiseerde bedragen en zo, en dat wordt straks onderdeel van het Instituut Mijnbouwschade die überhaupt verantwoordelijk wordt voor de afhandeling van alle schades, en dus ook voor de immateriële schade. 

WESTER 
Wat ik bedoelde met mijn vraag, alle Groningers in het gebied kunnen hier aanspraak op maken, ook als je geen schade hebt geleden aan je huis?

DE JONGE 
Ja, als het gaat om immateriële schade, ja inderdaad. 

WESTER 
Het is niet gekoppeld aan schade aan het huis?

DE JONGE 
Nee, daar wordt een motivatie gevraagd, daar geldt geen enorme bewijslast omdat dat zo’n regeling enorm problematisch maakt. Dus daar wordt inderdaad een bedrag toegekend, als tegemoetkoming in immateriële schade, ja. 

De KRUIF (NIEUWSUUR) 
Het kabinet wil geldstromen uit onvrije landen naar onder ander moskeeën verbieden, waarom?

DE JONGE 
Nou, ik denk dat dat wel duidelijk is toch? Wat je niet wilt is dat uit onvrije landen via moskeebesturen allerlei beïnvloeding plaatsvindt bijvoorbeeld. Dat is wat je niet wilt. En tegelijkertijd weten we ook hoe ongelooflijk weerbarstig dat is. Dus daar ligt een voorlichtingsaanvraag bij de Raad van State, hoe daaraan vorm te geven. Ik hoop ook dat de parlementaire ondervragingscommissie, dat die ook helderheid zou kunnen bieden op niet alleen wat is daar nu aan de hand? Maar ook wat zou een maatregel kunnen zijn die daaraan helpt? 

DE KRUIF
Want loopt u dan een klein beetje vooruit op de conclusies van de parlementaire ondervragingscommissie? 

DE JONGE
Nee. Dit is kabinetsbeleid. En ook een opdracht uit het regeerakkoord om daarmee aan de slag te gaan. Alleen, de technische uitwerking is wel razend ingewikkeld om dat op een goede manier te doen. Een manier die zich ook op een goede manier verhoudt tot de grondwet bijvoorbeeld, internationale verdragen. Dus de juridische vormgeving ervan is buitengewoon ingewikkeld. Wat zijn dan eigenlijk onvrije landen bijvoorbeeld. Kom je in zo’n definitiekwestie terecht. Je moet het op een goede manier willen doen. Je wilt ook dat zo’n wet standhoudt bij de Raad van State, Tweede Kamer, Eerste Kamer. En vervolgens wellicht ook nog eens een keer voor de rechter. Dus je wilt daar ook wetgeving die meer is dan een symbool. Maar wetgeving die ook helpt. Om dat te doen hebben we dus een voorlichtingsaanvraag ingediend bij de Raad van State. En dat is het traject wat het kabinet doorloopt. En de commissie parlementaire enquête, die kent natuurlijk z’n eigen beloop. 

DE KRUIF
En zo’n voorlichtingsaanvraag? Hoe snel kan dat dan gaan? Als u zegt het is al regeerakkoordbeleid, dan...

DE JONGE
Nou dat is aan de Raad van State. Dus daar durf ik even geen uitspraak over te doen. Dat zal wel enkele maanden duren. Durf ik geen uitspraak over te doen. Dat is echt aan de Raad. 

Wapenbezit onder jongeren

BREEDVELD (NOS)
Meneer De Jonge, over het wapenbezit en geweld met name onder jonge jongeren. Er is afgelopen week een oproep geweest uit de regio Rijnmond van een burgemeester. Die zegt: verbiedt het nou voor kinderen in ieder geval. De minister heeft eerder al aangegeven dat hij dat niet ziet zitten in z’n algemeenheid om het wapenbezit aan te scherpen. Vandaag via de collega’s van RTL doet een scholengroep, iHub heet dat, uit de Randstad, speciaal onderwijs ook weer, luidt de noodklok. Het loopt de spuigaten uit. Hoe kijkt u daar tegenaan? 

DE JONGE
Ja, dat is iets om je heel erg zorgen te maken. Ik begrijp dat de burgemeesters uit Rijnmond die ik toevallig vrij goed ken, die begrijp ik ook heel goed. En ik begrijp ook iHub, een vorm van jeugdzorg is dat volgens mij, begrijp ik ook heel erg goed. Dus het is voor burgemeesters die verantwoordelijk zijn voor de veiligheid van scholen, die verantwoordelijk zijn voor een veilig schoolklimaat is het natuurlijk buitengewoon cruciaal dat we het in bedwang weten te houden. Punt is alleen: wat is een aanvullende maatregel die er zou zijn, een verbod op messen in het algemeen, dat is én heel erg ingewikkeld te handhaven en dan kom je toch ook al vrij snel bij de inhoud van de keukenlade. En dat is ingewikkeld om dat op een goede manier handhaafbaar te maken. Maar er bestaat natuurlijk een heel arsenaal wat mogelijk is om hierin wel degelijk op te treden. Het instrument van preventief fouilleren bijvoorbeeld. Er zijn veel meer mogelijkheden dan nu worden gebruikt. J,a en het begint, en dat moet je natuurlijk ook wel blijven zeggen, het begint toch echt met opvoeden, met aanspreken van ouders en met het ouders helpen op te voeden. Diezelfde Horizon Jeugdzorg heeft dat toevallig ook als kerntaak om ouders te helpen met opvoeden. En dat is natuurlijk precies wat er ook nodig is.

BREEDVELD
Ja maar we hebben het op televisie kunnen zien, kinderen van 14 jaar die met kapmessen rondlopen, dat speciaal onderwijs dat nu aangeeft zelfs doorgeladen pistolen aan te treffen bij het fouilleren. Wat doe je daartegen?

DE JONGE
Ja, totaal idioot. Maar het begint wel bij ouders. Bij ouders die hun kinderen moeten opvoeden. En als dat niet goed lukt, bij het ouders helpen om hun kinderen op te voeden. Je kunt niet alles via het strafrecht voorkomen. Maar er is wel degelijk ook vanuit de gereedschapskist van de politie, is er een hele hoop meer instrumentarium uit te trekken dan er op dit moment wordt gebruikt. Dus ik denk dat er meer mogelijk is wat dat betreft om tot handhaving over te gaan. Maar handhaving kan nooit het enige antwoord zijn om zo’n fenomeen, zo’n bizar fenomeen als het bij je hebben van kapmessen en het tegenover elkaar staan van jeugdbendes.

BREEDVELD
U geeft deze onderwijsinstelling aan: de beerput moet open, we moeten dat niet meer toedekken. Er zijn vaak instellingen die geen aangifte doen, daar niet open over willen zijn, want ja het straalt natuurlijk ook af he, imagoschade. Zij zeggen: we laten dat achter ons, het is te ernstig. Is dat een belangrijk signaal?

DE JONGE
Ja het is belangrijk en tegelijkertijd zou ik er ook weer bij willen zeggen: nu pas. Het is toch niet voor het eerst dat geweld of wapens voorkomen op scholen. Ik kom van Rotterdam-Zuid, dat is echt niet voor het eerst hoor. En gelukkig zie je juist ook heel veel scholen daar op een hele adequate manier mee omgaan, door daar heel strak en heel streng in te zijn. Door heel erg strak te controleren, door van alle gevallen inderdaad aangifte te doen zodat het strafrecht ook zijn werk kan doen. Door ouders daarbij te betrekken, het jongerenwerk daarbij te betrekken. Door ouders als men niet in staat is om hun kinderen op te voeden daar ook steun bij te bieden. Tot aan ondertoezichtstellingen toe. Kortom, het hele jeugddomein van een gemeente heeft mogelijkheden, heeft instrumenten om juist hiermee aan de slag te gaan. En ik denk dat dat allemaal benut moet worden en ja inderdaad dan is er ook nog het strafrecht. En ook dat moet benut worden, zeker. Ik denk alleen dat in het nog verder gaan met het nog weer verbieden van andere typen ook kleine messen en zo, ja ik weet niet of dat allemaal de oplossing is. Ik denk echt dat het gaat over een school die de sociale veiligheid op school ook voldoende serieus neemt. Alles wat er bestaat aan instrumenten ook hanteert, de goede voorbeelden van die scholen die dat wel degelijk in de klauwen hebben weten te houden, ook gewoon overneemt. Ik denk dat dat echt de basis is.

BREEDVELD
Ja u verwijst terug naar de gemeente, natuurlijk, daar moet ook het meeste gebeuren, daar ligt ook de verantwoordelijkheid als het gaat over de openbare orde. Maar juist die gemeenten geven aan: we hebben meer nodig. U verschilt duidelijk van mening, maar is dit niet een signaal om ook voor het kabinet daar misschien ja ook de oren eens ten luister te leggen.

DE JONGE
Natuurlijk, ja. Maar dat doet onze collega Grapperhaus ook. Dus die heeft binnenkort een gesprek met alle burgemeesters die zich hebben gemeld en die zich zorgen maken over dit toenemend geweld om ook met elkaar te kijken: wat zou hier nog meer nodig zijn? Wat is er nou in aanvulling op het bestaande palet aan mogelijkheden nog meer nodig? En het is ook niet dat we niet open zouden staan voor aanvullende maatregelen. Alleen ik denk dat we niet te snel moeten vervallen in de symboliek van nog iets extra’s verbieden. Het bij je hebben van een kapmes is al lang verboden.

BREEDVELD
Kunt u het verklaren, waar het vandaan komt?

DE JONGE
Nee, ik vind het ongelofelijk moeilijk te verklaren. Ik denk dat het ook goed is om met die burgemeesters en met het jongerenwerk en met het onderwijs ook die analyse op een goede manier te doen. Het is een heel raar fenomeen namelijk. Het is echt een heel erg raar fenomeen. En dus het is heel goed om te kijken of je het kunt verklaren. Maar hoe dan ook, je zult het moeten indammen en daar is collega Grapperhaus met burgemeesters van harte mee bezig. Overigens, burgemeesters zelf zijn daar ook van harte mee bezig.