Plannen kabinet voor heffing op werkelijk rendement in box 3

Het kabinet wil dat belastingplichtigen belasting gaan betalen over hun werkelijke inkomsten uit vermogen. Het wil op 1 januari 2028 een nieuw stelsel voor box 3 invoeren. Dat staat in het voorstel voor de Wet werkelijk rendement box 3.

Wat voorstel voor nieuwe box 3-heffing betekent

Met het voorstel voor een nieuw stelsel voor box 3 wil het kabinet:

  • belasting heffen over de echte inkomsten uit vermogen (het werkelijke rendement)
    Bijvoorbeeld over ontvangen rente, dividend, huur en pacht.
  • belasting heffen over de toegenomen waarde van bijvoorbeeld aandelen en bezittingen
    Dat wordt een vermogensaanwasbelasting genoemd. Als aandelen of bezittingen in waarde dalen, dan kan een belastingplichtige dat compenseren met waardestijgingen in latere jaren.
  • de mogelijkheid bieden om kosten van inkomsten af te trekken
    Bijvoorbeeld:
    • kosten voor een spaarrekening, verschuldigde rente en transactiekosten.
    • advieskosten bij het kopen of verkopen van aandelen en obligaties.
    • onderhoudskosten voor een tweede huis, verhuurde woning, losse garagebox of opslagloods
  • een vermogenswinstbelasting over de waardeontwikkeling van onroerend goed
    Een belasting over de winst of verlies op:
    • een tweede woning, een verhuurde woning of een schuur of terrein.
    • op aandelen in een klein, nieuwe bedrijf (startups) en snelgroeiend nieuw bedrijf (scale-up).
      Een belastingplichtige betaalt deze belasting pas op het moment dat er winst of verlies wordt gemaakt. Bijvoorbeeld bij verkoop van aandelen of een tweede huis. Dit voorkomt dat al belasting betaald moet worden als de belastingplichtige het geld nog niet heeft.

Hoe werkelijk rendement wordt berekend

Het werkelijke rendement wordt berekend door de werkelijke inkomsten over bezittingen bij elkaar op te tellen en schulden en kosten daarvan af te trekken.

Rekenvoorbeelden werkelijke rendement

Lees hoe het werkelijk rendement kan worden uitgerekend in de factsheet voorstel nieuw stelsel box 3. Hierin staan 4 rekenvoorbeelden over werkelijke rendement op spaargeld, bij een belegging in vastgoed, bij verhuur van een vakantiehuis en als startende belegger.

Eigen woning wordt niet belast in nieuwe box 3

De eigen woning waarin iemand woont, wordt niet belast in de nieuwe box 3 Het hoofdverblijf blijft belast in box 1. Huiseigenaren betalen belasting op basis van de waarde van hun woonhuis. Dit zogenoemde eigenwoningforfait is een percentage van de WOZ-waarde. Ze mogen kosten voor hun eigen woning hiervan aftrekken. Bijvoorbeeld de rente die ze betalen over hun hypotheek of lening  (de hypotheekrenteaftrek).

Ook de overwaarde op een eigen woning wordt niet belast in de nieuwe box 3. Wel als de overwaarde op de bank wordt gezet. Dan gaan belastingplichtigen over de rente daarop belasting betalen. De overwaarde zelf wordt niet belast.

Mogelijk in 2028 heffing over werkelijke rendement in box 3

Het kabinet streeft er naar om per 1 januari 2028 een heffing op werkelijk rendement over vermogen in te voeren. Het heeft hiervoor op 19 mei 2025 een wetsvoorstel aan de Tweede Kamer gestuurd. Om in 2028 te kunnen starten moet de Tweede Kamer het wetsvoorstel uiterlijk 15 maart 2026 aannemen. De Belastingdienst, banken en verzekeraars hebben tijd nodig om hun ICT-systemen aan te passen.

Volg de stand van zaken van het wetsvoorstel voor het werkelijke rendement op de website van de Eerste Kamer.