Internationale veiligheid
Steun aan Oekraïne blijft
Nederland blijft Oekraïne steunen, samen met de EU en NAVO-partners. Bijvoorbeeld in het bevorderen van de democratie en de rechtstaat in Oekraïne. Maar ook om Rusland verantwoordelijk te houden voor de gepleegde misdrijven in Oekraïne.
Verder is er in 2026 € 234 miljoen uit eerdere aangekondigde steunpakketten beschikbaar voor niet-militaire steun aan Oekraïne. Zoals het herstel van belangrijke infrastructuur en de wederopbouw van landbouw en gezondheidszorg. Ook is er € 20 miljoen beschikbaar voor humanitaire ontmijning, gerechtigheid, democratie en rechtsstaat en herstel van cultureel erfgoed.
De oorlog in Oekraïne is ook van invloed op de veiligheid in Nederland. Daarom levert Nederland militair materieel aan Oekraïne en traint het de Oekraïense krijgsmacht. In 2026 is hiervoor € 2,7 miljard gereserveerd.
Invulling bezuiniging op het ambassadenetwerk
Burgers en bedrijven kunnen in het buitenland altijd terecht bij ambassades en consulaten. Op het ambassadenetwerk is een taakstelling van 10% van toepassing, zoals afgesproken in het Hoofdlijnenakkoord. Daarbij wil het kabinet dat Nederlanders in het buitenland zo goed mogelijk geholpen worden. Daarvoor kijkt het kabinet zorgvuldig welke ambassades en consulaten sluiten of kleiner worden. Zodat de dienstverlening en de belangen van Nederlanders in het buitenland zo goed mogelijk gewaarborgd blijven.
Veiligheid en de NAVO
Investeren in veiligheid en defensie is belangrijk vanwege dreigingen en geopolitieke veranderingen. De NAVO-bondgenoten hebben daarom afgesproken 5% van het bruto binnenlands product (bbp) te besteden aan defensie. Deze verhoging gebeurt stapsgewijs. Vanaf 2035 moeten de NAVO-landen aan de nieuwe norm voldoen. Voor 2026 geeft het kabinet 2,2% van het bbp uit aan defensie. Dit is inclusief militaire steun aan Oekraïne.
Geld voor humanitaire hulp
In 2026 reserveert het kabinet € 475 miljoen voor hulp aan slachtoffers tijdens noodsituaties. Dit geld gaat naar organisaties die snel moeten handelen tijdens een crisis. Zoals VN-organisaties, het Rode Kruis en Nederlandse ngo’s.