Koopkracht en armoede
Koopkracht omhoog
De koopkracht van de meeste mensen neemt volgend jaar toe. Gemiddeld gaan mensen er 1,3% op vooruit. Dit komt doordat de lonen harder stijgen dan de inflatie. Verder wordt werken meer beloond door verlaging van het tarief in de 1e belastingschijf en de verhoging van de arbeidskorting. Ook gaat de huurtoeslag omhoog en de zelfstandigenaftrek omlaag. Deze bedragen zijn afhankelijk van het inkomen. Het kabinet reserveert de volgende bedragen om meer mensen te ondersteunen:
- Er gaat € 199 miljoen extra naar de kinderopvang. Werkende ouders met een gezamenlijk inkomen tot € 56.000 krijgen daardoor 96% van de maximum uurprijs vergoed. Ook ouders met hogere inkomens krijgen in 2026 meer vergoed. Verder wordt de maximumuurprijs met 4,84% verhoogd. Hiermee wil het kabinet dat de kinderopvang betaalbaarder wordt voor ouders en werken meer loont.
- Het kabinet reserveert € 60 miljoen om een meerjarig publiek energiefonds op te zetten. Dit is bedoeld voor het ondersteunen van huishoudens met een laag inkomen en hoge energiekosten. Ook komt hiervoor nog € 174,5 miljoen beschikbaar vanuit het Europees Sociaal Klimaatfonds.
- Medewerkers van sociaal ontwikkelbedrijven krijgen een compensatie. Door belastingmaatregelen is hun inkomen gedaald. In 2025 is dit ongeveer € 37 bruto per maand. Voor 2026 tot en met 2028 is dit iets lager. Dit bedrag is nog niet bekend.
Armoede neemt af
Het aantal mensen en kinderen in armoede neemt door het kabinetsbeleid naar verwachting af. Het aantal mensen in armoede daalt van 2,9% naar 2,6%. En het aantal kinderen in armoede daalt van 2,9% naar 2,6%.