Studiegroep Begrotingsruimte: advies deel 2 Voorspelbaarheid, rust en stabiliteit in het begrotingsproces noodzakelijk 

Trendmatig begrotingsbeleid brengt voorspelbaarheid, rust en stabiliteit in de politieke besluitvorming. Het helpt om beleidskeuzes te maken en tegen elkaar af te wegen, en om investeringen voor de langere termijn te doen.  Dit staat in deel 2 van het advies van de 17e Studiegroep Begrotingsruimte (SBR) dat vandaag naar de Tweede Kamer is gezonden. Het advies ondersteunt politieke partijen tijdens de formatie bij het opstellen van het begrotingsbeleid.  

Hoofdlijnen advies

De studiegroep doet drie hoofdaanbevelingen:

  • Voorspelbaarheid, rust en stabiliteit zijn van grote waarde in het begrotings- en besluitvormingsproces. Dit vraagt om een vast hoofdbesluitvormingsmoment in het voorjaar over uitgaven en bepaalde lasten, en koopkrachtbesluitvorming in augustus. 
  • Vereenvoudig waar mogelijk de begrotingssystematiek. Minder complexe regels komt naleving en draagvlak van de regels ten goede. De studiegroep adviseert verschillende vereenvoudigingen van begrotingsregels, zoals het plaatsen van de rente buiten het uitgavenplafond en het afschaffen van zogenoemde deelplafonds.
  • Een realistische begroting vormt de basis van het begrotingsbeleid. Een realistische begroting is een begroting die de uitgaven en inkomsten zo goed mogelijk weergeeft. Dat geeft zekerheid en sterkt de geloofwaardigheid en doelmatigheid van beleid. Onderuitputting en kasschuiven ondermijnen een realistische begroting en moeten daarom zoveel mogelijk worden beperkt.

Brede welvaart

Het begrotingsbeleid ondersteunt het bereiken van doelen voor brede welvaart. In het streven naar brede welvaart wordt rekening gehouden met de gevolgen van beleid op burgers en bedrijven. De studiegroep adviseert om brede welvaart te hanteren als basis voor de doelen in het coalitieakkoord.

Vervolg op deel 1

Deel 2 van het advies van de 17e SBR volgt op deel 1: beide delen vormen nadrukkelijk één inhoudelijk geheel. De studiegroep adviseert in deel 1 voor de komende kabinetsperiode een koerscorrectie naar een begrotingstekort van circa 2% van het bruto binnenlands product (bbp) in 2028. Dit geeft voldoende afstand tot de Europese -3% norm en draagt bij aan een stabiele schuld en daarmee gezonde overheidsfinanciën. De begrotingsopgave voor de aankomende kabinetsperiode komt dan uit op structureel circa 17 miljard euro vanaf 2028.

Studiegroep Begrotingsruimte

De SBR is een ambtelijke werkgroep die advies geeft over de hoofdlijnen van het begrotingsbeleid en de begrotingsregels. De studiegroep staat onder voorzitterschap van de secretaris-generaal van het ministerie van Financiën en bestaat verder uit topambtenaren van het ministerie van Algemene zaken, Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, Economische Zaken en Klimaat, Financiën, Sociale Zaken en Werkgelegenheid, Volksgezondheid, Welzijn en Sport, het Centraal Planbureau en De Nederlandsche Bank. Het Planbureau voor de Leefomgeving en het Sociaal en Cultureel Planbureau hebben een adviserende rol.