Gemeentenieuws van SZW 2022-4

Bericht aan Burgemeester en Wethouders en andere belangstellenden. De Minister voor Armoedebeleid, Participatie en Pensioenen en de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid vragen uw aandacht voor het onderstaande bericht van het Ministerie van SZW.

1. Uitspraak Centrale Raad van Beroep over vrijlating van inkomsten en bijstand

De Centrale Raad van Beroep (CRvB) heeft op 24 augustus 2021 uitspraak gedaan in een hoger beroepszaak van de gemeente Rotterdam. De gemeente Rotterdam was van mening dat als het inkomen van een bijstandsgerechtigde die gaat werken boven de bijstandsnorm uitkomt, hij (zij) uitstroomt. En dat de inkomensvrijlating dan niet van toepassing is.

De CRvB komt tot het oordeel dat voor het vaststellen van de hoogte van het inkomen uit arbeid bij bijstandsgerechtigden die zijn gaan werken, eerst de vrijlating van 25% in mindering moet worden gebracht. Dit omdat de vrijlating volgens artikel 31 van de Participatiewet niet tot de middelen wordt gerekend.

In situaties waarbij het inkomen, nadat de vrijlating is toegepast, uitkomt boven de geldende bijstandsnorm, dan vervalt het recht op bijstand.

De uitspraak van de CRvB heeft óók gevolgen voor de vrijlatingen voor alleenstaande ouders en voor personen met een medische urenbeperking, omdat de structuur van die bepalingen hetzelfde is. Die vrijlatingen moeten op dezelfde manier worden beoordeeld. Wel met inachtneming van de percentages en bedragen die in artikel 31 van de Participatiewet staan.

De Minister voor Armoedebeleid, Participatie en Pensioenen roept de gemeenten op om zich te houden aan de uitspraak van de CRvB over de inkomstenvrijlating in de Participatiewet. De gemeenten moeten deze uitspraak met terugwerkende kracht tot 24 augustus 2021 opvolgen en de uitvoering hierop aanpassen. Voor de herstelperiode kunnen gemeenten SUWI-net raadplegen voor de uitkeringen die te vroeg zijn beëindigd.

2. Toolkit met middelen voor communicatie over de energietoeslag

Nog niet alle huishoudens die mogelijk recht hebben op de energietoeslag van 800 euro, hebben zich gemeld bij de gemeente. Het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft daarom de hulp ingeroepen van een groot aantal organisaties om de toeslag extra onder de aandacht te brengen van huishoudens met een laag inkomen. Het Ministerie verspreidde begin juni een toolkit onder werkgevers- en werknemersorganisaties, uitvoeringsinstanties, brancheverenigingen, woningcorporaties, energieleveranciers, ouderenorganisaties en maatschappelijke partijen waarmee zij hun achterban kunnen informeren over de eenmalige energietoeslag. Het Ministerie gaat ervan uit dat met deze extra aandacht vanuit deze organisaties meer mensen ertoe zal bewegen de toeslag aan te vragen, bovenop de acties die gemeenten zelf al inzetten om huishoudens te bereiken. De middelen kunnen ook gebruikt worden door gemeenten die (extra) voorlichting willen geven over de energietoeslag. Aan de brochure en de socialmedia-afbeelding kan tekst op maat worden toegevoegd om inwoners te verwijzen naar de website of het loket van de gemeente.

De toolkit is te vinden op de website van de Rijksoverheid.

3. Aanpak Jeugdwerkloosheid

Met de meicirculaire zijn opnieuw middelen verstrekt aan gemeenten voor 2022 om kwetsbare jongeren met een structurele achterstand op de arbeidsmarkt te begeleiden naar werk. Het doel is om de overgang naar werk zo soepel mogelijk te laten verlopen voor schoolverlaters uit het praktijkonderwijs, voortgezet speciaal onderwijs en het middelbaar beroepsonderwijs.  Dit wordt gedaan samen met scholen,en voor voortijdig schoolverlaters samen met de Regionale Meld- en Coördinatiefunctie (RMC). De scholen hebben van het ministerie van OCW extra middelen gekregen om in het laatste schooljaar extra begeleiding te geven en om nazorg te leveren wanneer de jongere van school is. Ook voor RMC’s zijn extra middelen beschikbaar gesteld.

In elke arbeidsmarktregio is een regiocoördinator jeugdwerkloosheid actief die de samenwerking tussen o.a. scholen en gemeenten faciliteert. Om de uitvoering te ondersteunen zijn er verschillende producten ontwikkeld:

  • Een handreiking voor het bereiken van jongeren buiten beeld;
  • Een handreiking voor het centraal stellen van jongeren bij het ontwikkelen van beleid;
  • Een brochure met praktijkvoorbeelden van regionale aanpakken.


Daarnaast is een praktijkgericht onderzoek gaande naar de ervaringen in de regio. Dit wordt uitgevoerd door Regioplan. Onlangs is een eerste tussenrapportage verschenen. Eind van dit jaar wordt het eindrapport verwacht.

Tot slot heeft SEO een monitor gemaakt over de arbeidsmarktpositie van jongeren. Deze monitor laat zien dat de coronacrisis de bestaande verschillen in baankansen tussen jongeren met verschillende opleidingsniveaus alleen maar heeft versterkt. Jongeren met een mbo-bbl-, hbo- of wo-masterdiploma hebben een nog grotere kans op werk gekregen dan jongeren met een mbo-bol-diploma (in het bijzonder niveau 1 en 2), voortijdige schoolverlaters en jongeren uit het praktijk- en voortgezet speciaal onderwijs.

4. Uitvoering actieplan ‘Dichterbij dan je denkt’

In het vorige Gemeentenieuws van SZW informeerden wij (de Minister voor APP en de Minister van SZW) u over het actieplan 'Dichterbij dan je denkt'. Via dit actieplan willen we, samen met de partijen in de arbeidsmarktregio’s, de kansen benutten die de krappe arbeidsmarkt biedt voor mensen die nu nog geen werk hebben. We willen werkgevers anders laten kijken naar werving, door in te zetten op alternatieve vormen van werving (Open Hiring, job carving en functiecreatie, leerwerktrajecten en innovatieve manieren van matching). Dit doen we door regio’s via een decentralisatie-uitkering in staat te stellen werkgevers hierbij te begeleiden en via een landelijke campagne werkgevers te bereiken.

Inmiddels hebben wij via een wethoudersbrief de wethouders van de 35 centrumgemeenten geïnformeerd over het actieplan en gevraagd om regionale invulling ervan. Van veel regio’s hebben wij al gehoord dat plannen hiervoor in voorbereiding zijn. Zo werd in de regio Midden-Brabant op 22 juni al een banenmarkt georganiseerd in het kader van ‘Dichterbij dan je denkt’. Op 6 juli organiseerde het Ministerie samen met de Programmaraad Regionale Arbeidsmarkt een wethoudersbijeenkomst voor de wethouders van de centrumgemeenten. Deze bijeenkomst diende, als onderdeel van de bredere arbeidsmarktopgaven, ook als inspiratiebijeenkomst voor de regionale inzet voor het actieplan ‘Dichterbij dan je denkt’.

De decentralisatie-uitkering bedraagt € 500.000 per centrumgemeente en loopt mee met de septembercirculaire van het gemeentefonds.

De communicatiestrategie ‘Dichterbij dan je denkt’ is gereed. De video’s en filmpjes met het motto ‘Baan, talent, dichterbij dan je denkt’ worden landelijk gedeeld. Daarnaast stellen wij voor de arbeidsmarktregio’s en andere relevante partijen een communicatietoolkit beschikbaar. 

De in de Kamerbrief aangekondigde afstemming met de ministeries van Financiën en BZK over de decentralisatie-uitkering is positief afgerond. De decentralisatie-uitkering bedraagt € 500.000 per centrumgemeente en loopt mee met de septembercirculaire van het gemeentefonds.

De communicatiestrategie ‘Dichterbij dan je denkt’ is gereed. De video’s en filmpjes met het motto ‘Baan, talent, dichterbij dan je denkt’ worden landelijk gedeeld. Daarnaast stellen wij voor de arbeidsmarktregio’s en andere relevante partijen een communicatietoolkit beschikbaar.

Met vragen over de uitvoering van het actieplan kunnen partijen uit de regio’s in eerste instantie terecht bij hun regionale accounthouder RMT vanuit SZW. Ook kunnen vragen worden gesteld via dichterbijdanjedenkt@minszw.nl.

Beeld: ©SZW

5. Nieuwe programmaperiode AMIF

Dit jaar start een nieuwe programmaperiode van het Europese Asiel, Migratie en Integratiefonds (AMIF) 2021-2027. In september kunnen gemeenten, maatschappelijke organisaties en nationale overheidsorganisaties een aanvraag indienen voor het thema integratie. De AMIF-integratieprojecten zijn gericht op inburgeringsplichtigen.

Voor het aanvraagtijdvak in september wordt voor het thema integratie ruim 23 miljoen euro beschikbaar gesteld. SZW organiseert op 5 juli een voorlichtingsbijeenkomst voor gemeenten en andere potentiële subsidieaanvragers. Via deze link kunnen geïnteresseerden zich aanmelden.

Thema’s projecten

Doelgroep van de integratieprojecten zijn inburgeringsplichtigen onder de Wet inburgering 2021, 2013 en 2007. De projecten moeten zijn gericht op:

  1. Duale trajecten: combinatie van werken en taalverwerving.
  2. Contextgericht leren: taalverwerving in praktijksituaties buiten het leslokaal.
  3. Specifieke ondersteuning richting participatie en activatie.

De subsidieregeling is gepubliceerd in de Staatscourant. Het thema integratie is opgenomen in bijlage D. Meer informatie daarover vindt u in de toelichting van de subsidieregeling.

6. Keuzemogelijkheid voor nieuwkomers na verkeerde kennisgeving inburgeringsplicht

Het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) heeft samen met ketenpartners een oplossing gevonden voor de nieuwkomers die in januari 2022 ten onrechte een brief hadden ontvangen dat ze onder de Wet inburgering 2021 (Wi2021) moesten inburgeren. Zij mogen kiezen onder welke wet ze willen inburgeren: de Wi2021 of de oude wet uit 2013. Op 1 januari is de nieuwe inburgeringswet in werking getreden. Sommige nieuwkomers moeten echter nog inburgeren onder de oude wet uit 2013. Dit hangt af van de datum waarop zij inburgeringsplichtig worden.

Vlak na de invoering van het nieuwe inburgeringstelsel in januari 2022 bleek dat verschillende nieuwkomers ten onrechte een kennisgeving hadden ontvangen dat zij onder de Wi2021 moesten inburgeren. Zij hadden onder de wet uit 2013 moeten vallen. Op het verzoek van de minister van SZW had DUO daarom het inburgeringsproces tijdelijk stilgelegd. In maart is het proces hervat voor nieuwkomers die moeten inburgeren onder de Wi2021 en op 23 mei voor nieuwkomers onder de Wi2013.

De inburgeraars die in januari een verkeerde kennisgeving hadden ontvangen, mogen kiezen onder welke wet zij gaan inburgeren. De verwachting is dat asielstatushouders het liefst willen inburgeren onder de Wi2021. Daarom worden zij onder de Wi2021 geplaatst. Onder dat regime krijgen zij begeleiding en een inburgeringsaanbod van de gemeente. De asielstatushouders kunnen er ook voor kiezen onder de wet uit 2013 in te burgeren. Dat kunnen ze kenbaar maken in een verklaring of tijdens de brede intake bij de gemeente.

Gezinsmigranten en overige migranten worden onder de Wi2013 geplaatst. Willen zij toch liever onder de Wi2021 inburgeren, dan kunnen ze dat via een verklaring aangeven binnen een termijn van acht weken.

Al deze inburgeraars hebben begin juni een brief van DUO ontvangen met uitleg van de verschillen tussen beide wetten. Voor meer informatie kunnen zij contact opnemen met de klantenservice van DUO. Gemeenten kunnen tijdens de brede intake de asielstatushouders extra uitleg geven over deze verschillen.

Meer informatie over de complicatie in de uitvoering van de nieuwe wet op de website van de Rijksoverheid en op de website van Divosa.

7. Regionale Mobiliteitsteams helpen vanaf 1 juni 2022 meer doelgroepen bij het vinden van werk

Per 1 juni 2022 is de doelgroep voor de dienstverlening van de Regionale Mobiliteitsteams (RMT’s) verbreed. In de Tijdelijke regeling is de afbakening van 12 maart 2020 komen te vervallen. Dit betekent dat nu ook personen die al langere tijd werkloos zijn en extra ondersteuning richting werk nodig hebben, in aanmerking komen voor de ontschotte RMT-dienstverlening.

In de praktijk betekent dit dat de aanvullende dienstverlening ook voor bijstandsgerechtigden en niet-uitkeringsgerechtigden van vóór 12 maart 2020 beschikbaar is. Bestuurlijk verbinder van de RMT’s en burgemeester van Apeldoorn Ton Heerts vertelt hier meer over.

Hoe kunnen gemeenten met RMT dienstverlening hun burgers beter helpen?

Het RMT is de regionale spil in het netwerk van publieke en private dienstverleners op het gebied van werk en scholing. Het biedt inwoners die net iets meer hulp nodig hebben, passende begeleiding om aan werk te komen. Ongeacht of iemand bijvoorbeeld al een uitkering heeft. Bij deze ondersteuning staat de vraag van de werkzoekende centraal. Als duidelijk is wat de werkzoekende nodig heeft om weer aan het werk te kunnen of aan ander werk te komen, wordt in het netwerk van de mobiliteitsteams gezocht naar een passende aanbod. Dit betekent bijvoorbeeld dat personen die hun baan dreigen kwijt te raken (van werk-naar-werk) of deze al verloren zijn, gebruik kunnen maken van het dienstverleningsaanbod van uitkeringsgerechtigden. Gebruik maken van het netwerk en van alle beschikbare dienstverlening noemen we integraal en ontschot werken. Daar staat het RMT voor.

Wat betekent deze wijziging voor gemeenten?

Voor de gemeenten betekent deze wijziging dat ook uitkeringsgerechtigden en niet-uitkeringsgerechtigden die voor 12 maart 2020 werkloos waren, gebruik kunnen maken van de integrale en ontschotte dienstverlening van de RMT’s. De dienstverlening voor uitkeringsgerechtigden is lokaal, per gemeente, geregeld. Met de RMT’s wordt de extra ondersteuning bij het vinden van werk naar het niveau van de hele arbeidsmarktregio getild. In deze regio’s wordt nauw samengewerkt met andere regionale partners zoals de regionale werkgeversservicepunten en regionale leerwerkloketten. Daarmee komen voor uitkeringsgerechtigden en niet-uitkeringsgerechtigden meer werkgevers en vacatures beschikbaar en wordt een veel breder pallet aan publieke en private dienstverlening ontsloten.

De medewerkers van het RMT zijn dus een aanvulling op het aanbod van de dienstverlening van de regiogemeenten. De RMT’s hebben hiervoor ook extra ‘ontschotte’ middelen ontvangen van het Rijk.

Zijn er voorbeelden van hoe de RMT dienstverlening werkt voor gemeenten?

De RMT’s hebben de afgelopen periode bijvoorbeeld hun meerwaarde bewezen voor werkzoekenden die geen uitkering ontvangen maar wel extra ondersteuning nodig hadden naar werk. Via de gemeentelijke zelfstandigenloketten worden bijvoorbeeld veel ZZP-ers verwezen naar de RMT’s. Ook blijkt het RMT aanbod aantrekkelijk te zijn voor mensen die vanwege het inkomen van hun partner geen recht hebben op een uitkering. Zij melden zich vaak zelfstandig bij de RMT. Zo leveren we met de RMT’s ook een inspanning om werkzoekenden die om een of andere reden niet geholpen zijn via reguliere dienstverleners, te ontsluiten voor de huidige zeer krappe arbeidsmarkt.

8. Onderzoek toezicht en handhaving in de kinderopvang

Het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid laat momenteel onderzoek doen naar de doelmatigheid en effectiviteit van het toezicht en handhaving in de kinderopvang. Dit onderzoek wordt uitgevoerd door de bureaus Andersson Elffers Felix en SEO economisch onderzoek. Als onderdeel van dit onderzoek zal onder meer een analyse worden gemaakt van de bestanden met gegevens over inspectieresultaten en handhaving (uit de Gemeenschappelijke Inspectie Ruimte (GIR)). Ook worden gegevens verzameld via een enquête onder alle gemeenten.

Gemeenten zijn via het forum van VNG Naleving geattendeerd op de enquête. Voor het slagen van het onderzoek is voldoende respons op deze enquête essentieel. Met de resultaten kunnen de onderzoekers nagaan welke maatregelen meer en minder effectief zijn bij het bevorderen van de naleving. De minister van SZW wil graag alle gemeenten oproepen om deze enquête in te vullen. De informatie uit dit onderzoek kunnen gemeenten in de toekomst gebruiken om hun taakuitvoering verder te verbeteren.