Toespraak minister van Defensie Brekelmans voor de boekpresentatie ‘De ramp met de Van Imhoff’
Minister Brekelmans hield op 9 oktober 2025 een toespraak bij de boekpresentatie van ‘De ramp met de Van Imhoff’ in Den Haag. Het gaat over een beladen hoofdstuk, waarin Nederland wordt geconfronteerd met haar eigen handelen in oorlogstijd. Daarbij bleven 500 Duitse mannen achter in het scheepsruim nadat Japan het schip had aangevallen. De bemanning en bewakers brachten zichzelf wel in veiligheid.
Dames en heren, beste nabestaanden,
Het boek dat wij vandaag ontvangen, brengt ons terug naar een door velen vergeten, maar beladen hoofdstuk van onze geschiedenis, waarin Nederland geconfronteerd wordt met zijn eigen handelen in oorlogstijd.
Duitse burgers in voormalig Nederlands-Indië – mannen die soms al tientallen jaren in de archipel woonden – werden in één klap tot vijand verklaard.
De onderzoekers hebben laten zien dat het besluit om hen te interneren in die tijd rechtmatig was.
Het was te verklaren in de context van de oorlog, die ook in Nederlands-Indië dichtbij kwam.
Het gevolg was wel dat gezinnen abrupt uiteen werden gerukt, met ingrijpende gevolgen voor vrouwen en kinderen.
Hoofdonderzoeker Maaike van der Kloet gaf daarvan een indringend voorbeeld.
En zo zijn er talloze persoonlijke herinneringen die blootleggen wat er achter de cijfers schuilgaat.
Het waren vaders, echtgenoten, buren, mensen die deel uitmaakten van de samenleving.
Voor hun kinderen betekende die ene dag een levenslange leegte.
En dan het beeld van de ramp zelf:
honderden mannen opgesloten achter prikkeldraad, in het ruim van een schip dat getroffen is.
De bemanning en de bewakers brengen zichzelf in veiligheid.
De mannen blijven achter.
411 kwamen om. Slechts 65 wisten zich te redden.
Om - eenmaal aan land - opnieuw te worden geïnterneerd.
Toen de bemanning en het KNIL-bewakingsdetachement het schip verlieten, moesten de geïnterneerden zelf het prikkeldraad openbreken om uit het ruim te komen.
Reddingsmiddelen waren er wel, maar ontoegankelijk.
En de vlotten die ze later bereikten, bleken kapot of overvol.
Er was zelfs een bevel van admiraal Helfrich: alleen ‘betrouwbare elementen’ mochten worden gered.
Daarmee was de boodschap duidelijk: Duitse geïnterneerden niet.
De Van Imhoff voer onder de vlag van de KPM.
Maar in die dagen stond het schip onder militair bevel.
Het was dus de Staat die verantwoordelijk was voor wat er gebeurde – of juist niet gebeurde.
En daarom wil ik, hier en vandaag, namens het kabinet deze woorden uitspreken:
excuses voor het ontbreken van deugdelijke reddingspogingen bij de ramp met de Van Imhoff.
Want honderden mannen werden aan hun lot overgelaten.
En dat had nooit mogen gebeuren.
Deze excuses klinken vandaag in uw aanwezigheid.
En zij worden tegelijk ook vastgelegd in de brief die het kabinet aan de Tweede Kamer stuurt, zodat ze voor iedereen openbaar zijn.
Ik besef mij heel goed dat deze woorden het verdriet niet wegnemen.
Maar ik hoop dat ze, samen met dit boek, bijdragen aan erkenning, afsluiting en misschien ook aan innerlijke rust.
Want dit is ook een les voor ons vandaag.
Dat keuzes in oorlog altijd morele keuzes zijn.
Dat het niet genoeg is om sterk te zijn, of goed getraind.
Je moet ook weten wáár je voor vecht.
Binnen Defensie investeren we daarom niet alleen in materieel en training, maar ook in de morele component.
De wil om te vechten is de kern daarvan.
Dat is cruciaal.
Maar daar kan het niet bij blijven.
Die wil om te vechten moet ook geworteld zijn in gedeelde normen en waarden.
Dat is wat wij onze mensen leren.
Altijd handelen volgens het humanitair oorlogsrecht.
Omdat dat is, waar we voor staan.
Omdat het goed is voor de ander, maar ook voor jezelf.
Voor je eigen gemoedsrust.
Daarin ligt ook de waarde van dit boek.
Het doorbreekt stiltes.
Het geeft namen en gezichten aan wie te lang anoniem bleven.
Het laat zien dat ook Nederland in oorlogstijd keuzes heeft gemaakt die slachtoffers eisten.
En dat we de verantwoordelijkheid hebben die waarheid onder ogen te zien.
Ik wil het NIMH en in het bijzonder de auteurs hartelijk bedanken voor dit uitstekende stuk werk.
En ik betuig mijn respect richting de nabestaanden.
Ik besef hoe zwaar dit verleden voor u is, en hoezeer het doorwerkt tot vandaag.
Uw verhalen geven betekenis aan deze geschiedenis.
En ze herinneren ons aan onze opdracht van vandaag:
een krijgsmacht die niet alleen sterk is, maar ook juist handelt.
Dank u wel.