Mag ik als meerderjarige wees in het huurhuis van mijn ouder(s) blijven wonen bij overlijden van mijn ouder(s)?

Ja. Een meerderjarige inwonende wees (18 t/m 27 jaar) mag in de huurwoning van de overleden ouder(s) blijven wonen. Voorwaarde is dat de woning bij de grootte van uw huishouden en inkomen moet passen. Is de woning bijvoorbeeld te groot of te duur? Dan mag u maximaal 2 jaar in uw ouderlijke woning blijven wonen. U krijgt daarna een passende woning aangeboden van de verhuurder.

Verhuurder mag u niet uw huurwoning uitzetten

De verhuurder mag u niet uit uw ouderlijke huurwoning zetten als uw ouder(s) zijn overleden terwijl u hier nog woont. Ook moet de verhuurder u ondersteunen. Bijvoorbeeld door u door te sturen naar hulpinstanties. 
Een woningcorporatie moet ook de huur van uw ouderlijke woning verlagen als die te hoog voor u is. Of u een goedkopere woning aanbieden. Andere verhuurders hoeven de huur niet te verlagen. In de Gedragscode voor verhuurders staat hoe verhuurders om moeten gaan met situaties waarin een jongvolwassene wees wordt in een huurwoning.

De Gedragscode geldt voor de sociale en de vrije huursector. Dat is dus voor woningcorporaties en private verhuurders. De verhuursector heeft de afspraken in de gedragscode samen met de overheid vastgelegd.

Belangrijkste regels waar verhuurder zich aan moet houden

Dit zijn de belangrijkste regels waar uw verhuurder zich aan moet houden:

  • Als jongvolwassene mag u in uw ouderlijke huurwoning blijven wonen als die passend is. Dat betekent dat de woning bij de grootte van uw huishouden past. En dat u de huur kunt betalen.
  • Is de huurwoning te groot of te duur? Dan mag u nog maximaal 2 jaar in uw ouderlijke woning blijven wonen. Bij een te dure huursom kan de verhuurder een huurprijs vaststellen die past bij uw inkomen. Woningcorporaties zijn verplicht de huurprijs te verlagen als die voor u te hoog is (passende huurprijs). Andere verhuurders zijn daartoe niet verplicht. De verhuurder legt de nieuwe huurprijs vast in een tijdelijk contract.
  • Na 2 jaar (of de afgesproken kortere huurperiode) biedt de verhuurder een passende woning aan, als die er is. U krijgt voor die passende woning een huurcontract voor onbepaalde tijd. Als een private verhuurder (geen woningcorporatie) geen andere passende woning heeft, moet hij u dat zo snel mogelijk laten weten. Zo kunt u op tijd naar andere woonruimte zoeken. Vraag dan bij uw gemeente na of u een urgentieverklaring kunt krijgen.

Leeftijd van 27 jaar is geen harde grens

Voor de uitvoering van deze gedragscode geldt dat de leeftijd van 27 jaar geen harde grens is. Wanneer een jongvolwassen wees, die net ouder dan 27 is ondersteuning nodig heeft, moet de verhuurder deze gedragscode ook op hen toepassen.

Gevallen waarin de gedragscode geldig is

In de Gedragscode staat dat iemand in de volgende gevallen wees is:

  • Als u beide ouders verliest.
  • Als u een van uw ouders niet kent, en de ouder die u kent overlijdt.
  • Als u geen contact heeft met één ouder en de ouder met u wel contact heeft overlijdt.

De Gedragscode geldt voor alle groepen jongvolwassen wezen die op het moment van overlijden van hun ouder(s) in hun huurwoning woonden.

Hulp van vertrouwenspersoon of maatschappelijk werker

Na overlijden van uw ouder(s) heeft u misschien ondersteuning nodig. De verhuurder kan onder meer maatschappelijke hulp voor u regelen. U krijgt dan bijvoorbeeld hulp van een vertrouwenspersoon of een maatschappelijk werker. De gemeente of maatschappelijke instellingen bieden de hulp.