Toespraak van minister Bruins bij de kick-off van het Artrose Offensief Reuma Nederland

Toespraak van minister Bruins bij de kick-off van het Artrose Offensief van Reuma Nederland, op 3 maart 2020 in Den Haag. Hij reikte daarbij ook een koninklijke onderscheiding uit aan vertrekkend directeur Lodewijk Ridderbos.

Beste mensen,

Ik wil graag beginnen met goed nieuws: volgens het RIVM stijgt de gemiddelde levensverwachting van 81,5 naar 86 jaar in 2040. Steeds meer mensen zullen een lang en hopelijk een mooi leven leiden.

En de burgemeesters in dit land krijgen het daarmee ontzettend druk want het aantal mensen dat 100 jaar wordt zal bijna verviervoudigen.

Nog beter nieuws is dat we ons in die extra jaren ook langer gezond voelen. Langer kunnen doen wat we leuk en belangrijk vinden om te doen.

Dat zijn prachtige resultaten, die we onder andere danken aan onze uitstekende gezondheidszorg.

Maar het is niet alleen maar feest:

Het RIVM laat ons ook zien dat het aantal mensen met chronische aandoeningen sterk zal stijgen.

Waaronder: artrose.

Dat komt in 2040 zelfs met stip binnen op plek 3 in de lijst van aandoeningen met de grootste ziektelast.

U heeft net in de presentatie gezien om welke getallen het gaat. Dat is echt indrukwekkend.

Vooral als we ons realiseren dat artrose niet zomaar een ouderdomskwaaltje is – zoals het ten onrechte wel eens wordt gezien.

Hoort erbij”. “Doe je niks an.” “Hou je toch.”

Dat is wat patiënten nogal eens horen.

En dat brengt me meteen bij de uitdaging waarvoor we hier vandaag bij elkaar zijn: hoe kunnen we betere resultaten boeken voor mensen met artrose?

Hoe kunnen we zorgen dat mensen met artrose zich zo lang mogelijk fit en gezond voelen, minder pijn en ongemak ervaren, zodat ook zij zo lang mogelijk kunnen doen wat ze leuk en belangrijk vinden om te doen?

Allereerst door te zorgen dat de bestaande behandelingen hun weg vinden naar de patiënt. Want er is meer mogelijk om de ziekte te vertragen en de pijn te verminderen dan artsen en andere zorgverleners soms beseffen.

En nog ambitieuzer: door de ontwikkeling te versnellen van een geneesmiddel dat artrose stopt en zelfs verbetert. Want dat zou fantastisch zijn.

Mooie uitdagingen zijn dat van uw Artrose Offensief. En werk te over.

Ik wil er graag nog één ding uitlichten:

Hoe zorgen we nou dat mensen met artrose het goede gesprek voeren met hun zorgverlener? Dat ze bij een “doe je niks an” dóórvragen naar de behandelmogelijkheden die er wèl zijn.

Om vervolgens samen met de dokter te kunnen beslissen welke behandeling dan het beste past.

Samen beslissen vind ik enorm belangrijk, ook als het om chronische aandoeningen gaat. Het is een recht van patiënten. En dat vínd ik niet alleen, dat recht staat sinds 1 januari ook zwart op wit in de nieuwe Wet op de Geneeskundige Behandelovereenkomst.

Daar ga ik dit jaar samen met de Patiëntenfederatie mensen actief over informeren.

Juist nu er zo veel op ons afkomt in de zorg – denk nog maar even aan de cijfers van daarnet – is het cruciaal dat mensen zorg krijgen waar ze echt wat mee opschieten.

Dat mensen bewuste keuzes kunnen maken: wil ik wel een operatie als de kans op succes gering is, maar de kans op complicaties heel groot?

Wil ik medicijnen of liever afwachten?

Hoort die pijn er echt bij?

Hoe hebben patiënten die op mij lijken deze behandeling ervaren en wat betekent dat voor mij?

Om maar een paar vragen te noemen die van groot belang zijn in de spreekkamer.

Voor een gelijkwaardig gesprek.

Gelukkig is er al aardig wat informatie over artrose beschikbaar. Op consultkaart.nl staat bijvoorbeeld een prachtige keuzehulp voor artrose van de Patiëntenfederatie.  Die ook verspreid is onder medisch specialisten. Ook is er een keuzehulp voor artrose van de heup en de knie.

Dus ik zou hierbij een oproep willen doen aan alle artrosepatiënten om die consultkaart en die keuzehulpen te lezen en hun arts actief te bevragen hierover.

Beste mensen, er is dus wel informatie voor patiënten, maar het is nog niet genoeg. Eigenlijk wil je van zo’n aandoening, en van álle aandoeningen, precies weten wat de impact van een behandeling op je leven is.

Dat is een groot project, maar we zijn wel begonnen, samen met vele partijen in de zorg. Om te beginnen brengen we dit in kaart voor de 59 aandoeningen die met elkaar de helft van de ziektelast in Nederland vormen. Waaronder dus artrose.

Dat is voor u belangrijk omdat u artsen beter wilt equiperen, beter wilt informeren over behandelmogelijkheden. Omdat u meer kennis wilt verwerven over welke behandeling nu past bij welke patiënt en welke risico’s daarbij horen.

Maar laten we samen zorgen dat die informatie ook de patiënt bereikt.

En samen met u hoop ik natuurlijk dat we intussen dichterbij een genezende behandeling komen. Wat zou het fantastisch zijn als de schade aan het kraakbeen toch hersteld kan worden – terwijl we altijd hebben gedacht dat dit onmogelijk was.

De beloftes die het jonge onderzoeksgebied van de regeneratieve geneeskunde in zich heeft, zijn weliswaar nog heel voorzichtig en pril. Maar te mooi om te laten liggen.

We hebben in Nederland een fantastische onderzoeksinfrastructuur die we hiervoor kunnen benutten.

En samen met u hoop ik dat we over een aantal jaren samen kunnen vaststellen dat we hierin vorderingen hebben gemaakt.

Laten we intussen hard werken aan goed geïnformeerde artsen en goed geïnformeerde patiënten. De zorg voor artrose kán beter. En dan móet het ook beter.

Ik wens u heel veel succes met dit mooie offensief om dat te bereiken!

Beste mensen,

U dacht misschien dat u van mij af was, maar nog heel even geduld.

Want ik wil toch graag even stilstaan bij het afscheid van Lodewijk Ridderbos als directeur van ReumaNederland. Lodewijk, kom je nog heel even het podium op.

Want beste Lodewijk,

Jij zwaaide hier 12,5 jaar de scepter en dat is van grote invloed geweest op deze club mensen en op het werk dat jullie met elkaar doen.

Nu denk je misschien hoe weet die man dat?

Maar ik heb natuurlijk wat navraag gedaan in je omgeving. En ik hoorde termen als scherpzinnig, kundig en toegewijd.

Ongelooflijk secuur. En degelijk in de goede zin van het woord.

Er tekende zich een beeld af van een bestuurder in de categorie: zo maken ze ze niet meer.

Jij trad aan toen ReumaNederland nog het Reumafonds heette, en dat was toen ook echt een heel andere organisatie. Primair een fonds dat met de collectebus en donaties geld inzamelde voor onderzoek naar die rotziekte die zo enorm veel Nederlanders treft – oud én jong.

We hebben het vandaag over artrose, maar er zijn natuurlijk nog meer aandoeningen die onder de noemer reuma vallen – u weet dat allemaal beter dan ik. En ook hoeveel leed dat met zich meebrengt.

En wat ik mooi vind Lodewijk, is dat jij twee heel belangrijke eigenschappen meebracht naar dat toenmalige Reumafonds:

Aan de ene kant empathie, hart voor patiënten. Heel betrokken. Niet alleen achter een bureau, maar je ging ook zelf met de collectebus de wijk in.

De gemeente Wassenaar hoopt natuurlijk dat je dat na je pensionering gewoon blijft doen!

En je zat zelfs in het curatorium voor een bijzondere leerstoel aan de Universiteit van Utrecht. 'Psychosociale aspecten van reumatische aandoeningen'. Mooi en belangrijk onderzoek dat het doel heeft om het mensen van leven met reuma een beetje draaglijker te maken.

Maar aan de andere kant heb je ook een puur zakelijke instelling. Want als je goed werk wilt doen, heb je niet genoeg aan empathie alleen. Dan moet de boel gewoon goed en professioneel georganiseerd zijn. En dat kun jij als geen ander.

Dankzij jouw inzet ontstond zelfs iets heel nieuws: ReumaNederland: een gezondheidsfonds en een patiëntenorganisatie inéén.

Daarin komen die twee eigenschappen van jou heel mooi tot uitdrukking: de patiënten voorop, maar wél de financiële zaakjes goed geregeld, want zonder geld voor onderzoek komen we niet verder.

Wat ik ook mooi vind is dat mensen met reuma ook echte invloed kregen in jouw organisatie. ReumaNederland spreekt niet námens patiënten, maar samen mét patiënten. Dankzij de Patiëntenadviesraad en de nauwe samenwerking met alle reumapatiëntenverenigingen.

En ik heb begrepen dat ervaringsdeskundigen meebeslissen over welk onderzoek er wordt gefinancierd.

En als je het zo aanpakt, heb je natuurlijk ook snel de handen op elkaar voor een stoutmoedige actie.

Het ReuManifest uit 2017 is 1 van de dingen waar je trots op bent, en terecht. In no time kreeg je heel wat mensen mee in deze actie om fysiotherapie voor reumapatiënten terug in het basispakket te krijgen.

Het onderzoek dat nodig is om daar voor een specifieke groep Reumapatiënten een gewogen beslissing over te kunnen nemen, is intussen in volle gang. Veel patiënten zijn jou daar zeer dankbaar voor.

Trouwens: het Artrose Offensief dat vandaag start – is ook een initiatief van jou. En ik weet zeker dat je ook daarom herinnerd zult worden. Betere zorg nu en hard werken aan een geneesmiddel voor de toekomst – ik vind het een prachtig initiatief.

Lodewijk, gelukkig heeft niet alleen ReumaNederland geprofiteerd van jouw kwaliteiten. Je bent heel je werkende leven als bestuurder actief geweest in allerlei goede doelenorganisaties. Het zijn er te veel om op te noemen, maar zonder uitzondering denkt men ook daar met veel waardering terug aan je inzet.

En Lodewijk, het doet me groot plezier om je het volgende te kunnen vertellen:

Vanwege die inzet en alles wat je daarmee hebt betekend voor zoveel mensen, heeft het Zijne Majesteit de Koning behaagd om je te benoemen tot Ridder in de Orde van Oranje Nassau.

En dan mag ik je nu de versierselen opspelden!