Spreektekst staatssecretaris Heijnen voor bijeenkomst Mobiliteitspoort 2

Toespraak van staatssecretaris Heijnen (IenW) op 11 oktober 2022 in de Mobiliteitspoort, een bijeenkomst voor alle mobiliteits-organisaties.

Dank voor deze uitnodiging. Ik begreep dat de Mobiliteitspoort na een lange tijd dit jaar weer nieuw leven is ingeblazen. Goed initiatief! Terecht ook gezien alle opgaven waar we voor staan. Goed en vooral ook leuk om jullie te ontmoeten.

Ik zie een aantal onbekende en bekende gezichten. Met sommigen heb ik de neiging om in het Limburgs te praten (Maxim Verhagen bv] – maar ik zal de neiging nu onderdrukken. 😊

Aanleiding van deze bijeenkomst is kennismaking. Met ambities en doelen, maar ik neem aan ook met de persoon. Ik zal dan ook beginnen met wat te vertellen over mijn persoonlijke achtergrond. Want mijn achtergrond kan ik niet los zien van de manier waarop ik beleid maak en politiek bedrijf.

Waar kom ik vandaan?

Allereerst: ik kom uit de Limburgse lokale politiek. Ik ben 8 jaar raadslid geweest en vier jaar wethouder. De lokale politiek dwingt je om alle opgaven te vertalen naar: wat betekent dit voor de inwoners, voor de ondernemers, wat merken de gewone mensen hiervan? Die inzet heb ik meegenomen naar Den Haag.

Dit heeft ook te maken met mijn persoonlijke motivatie als politicus. Ik was 28 toen ik in de gemeenteraad van Maastricht werd gekozen. Een van de weinige jongeren onder de 30. Politiek was niet mijn roeping. Hoewel mijn oma wat anders zal zeggen. Toen ik dit jaar werd benoemd tot staatssecretaris zei ze in een krant dat ze altijd had gedacht dat ik ervoor bestemd was. En oma's hebben natuurlijk altijd gelijk. 😊

Ik leerde de politiek echt waarderen toen ik ontdekte dat je als politicus andere mensen een stem kunt geven. En dat is wat mij het meest motiveert: contact maken met mensen, hun zorgen en wensen aanhoren, en zorgen dat dat allemaal terugkomt in het beleid.

Dit nam ik mee naar Den Haag. Ook op nationaal niveau vind ik dit belangrijk voor ogen te houden. Hoe diep we ook in de techniek en inhoud verzeild raken, laten we voor ogen houden wat de betekenis is voor de mensen, en ze goed meenemen in de lastige opgaven waar we voor staan.

Kort samengevat komt dat neer op: doorbouwen aan de opgaven voor de langere termijn: een klimaatneutraal Nederland, met een aantrekkelijk en betrouwbaar OV dat terugkerende en nieuwe reizigers kan opvangen, met emissieloos vervoer dat ook bereikbaar is voor iedereen.

Tot zover mijn achtergrond en mijn bagage die ik meenam naar Den Haag.

Hoe kijk ik terug op eerste jaar Den Haag?

Met veel plezier begonnen aan een heel boeiende ontdekkingstocht. Het werd al snel duidelijk dat mijn portefeuille zeer breed en gevarieerd is. Van ruim 7000 kilometer zeer zichtbaar en tastbaar spoor en alle reizigers die daar gebruik van maken tot 6000 onzichtbare en ongrijpbare verschillende soorten Pfas. Dat is zo ongeveer het spectrum.

Er is zeer veel deskundigheid. Veel mensen deden hun best om zoveel mogelijk inhoudelijk met me te delen wat er speelde op al die vlakken.

Wat enorm hielp waren werkbezoeken. Zelf zien wat er speelt, mensen ontmoeten die erbij betrokken zijn. Dan gaat het leven. Zeker ook op het gebied van mobiliteit.

Bijvoorbeeld Zeeland. Interessant werkbezoek aan de provincie die uitlegde hoe ze het streekvervoer in hun provincie vorm geven. Geen grote lege bussen meer laten rijden, maar kleinere taxibusjes bijvoorbeeld.

Of een bezoek aan Enschede bij het spoor. Ik zag daar dat het spoor doorloopt maar de trein niet. Aan ene kant stopt Duitse trein. Stap je uit, moet je uit- en inchecken en dan weer in een Nederlandse trein stappen. Er staat een stootblok op het spoor dat daar wat mij betreft weg moet.

Hoe kijk ik naar de opgaven op het gebied van mobiliteit?

Het OV en trein zijn  van vitaal belang voor het functioneren van onze maatschappij. Ik heb dat zelf zo ervaren.

Ik ben opgegroeid in Spaubeek in Zuid-Limburg. Het is een klein dorp, maar het heeft een treinstation. Dat station verbond me met grotere steden, zodat ik kon studeren en werken. Maar het verbond me ook met familie en vrienden.

Wat voor mij gold in mijn geboortedorp, geldt voor iedereen: mobiliteit biedt mensen de kans om deel te nemen aan de samenleving. We moeten dus altijd in de gaten houden of iedereen voldoende toegang heeft tot mobiliteit. Dat geldt ook voor een emissievrij vervoerssysteem van de toekomst.

Die sociale functie van mobiliteit vind ik erg belangrijk, en ik wil me er de komende jaren voor inzetten om dit onderwerp meer voor het voetlicht te brengen.

Openbaar vervoer.

Voor de coronapandemie ging het heel erg goed met ons openbaar vervoer, want het aantal reizigers groeide jaarlijks met een aantal procenten. Inmiddels zitten we op ruim 80% van voor de coronapandemie, maar dat percentage is natuurlijk wel veel te laag en dat leidt tot zorgen. Die zorgen worden vergroot door personeelsproblemen bij veel vervoerders en leiden helaas ook tot afschaling.

We zijn daarover structureel in overleg. Inzet is dat de afschaling tijdelijk is en zo weinig mogelijk impact heeft op de reizigers en daar is de NS zich heel erg van bewust.

Heel belangrijk vind ik een beter onderhoud en beheer van het spoor. De basis moet echt op orde zijn en daarom besteden we meer geld aan de instandhouding van ons spoor.


Een andere prioriteit is het verduurzamen van het vervoer. De afgelopen jaren zijn er al forse stappen gezet. Mooi voorbeeld waaruit dat bleek was de opening samen met de Koning, van een nieuw testlab van Elaad.nl.

In de afgelopen vier jaren waren ze compleet uit hun jasje gegroeid. Het nieuwe is 4 tot 5 keer zo groot, het heeft dubbel zoveel aansluitvermogen, en het is klaar om niet alleen auto’s te ontvangen, maar ook vrachtwagens, bussen, bouwmaterieel.

Deze schaalsprong zegt veel over de snelle groei die de sector nu doormaakt. Er is vanuit andere landen veel belangstelling voor de manier waarop we deze ontwikkeling mogelijk maken. [Californië]. Dus belangrijk dat we daaraan blijven werken. En ik kijk hierbij ook nadrukkelijk naar de Mobiliteitsalliantie want dit is iets wat we samen moeten doen.

Daar komt bij: ik vind het belangrijk dat een elektrische auto betaalbaarder wordt voor iedereen. Want ik realiseer mij goed dat het gros van de mensen nog altijd niet de overstap kan maken.

Een gezonde markt voor tweedehands auto’s helpt hierbij enorm. Daarom stimuleren we bijvoorbeeld de aanschaf van die nieuwe auto’s waarvan we weten dat die als tweedehands gewild zijn: compact en middelgroot.


Ook de fiets heeft wat mij betreft prioriteit. Ambitie: aan het eind van deze kabinetsperiode pakken 100.000 mensen extra de fiets naar het werk.

Ik ben heel enthousiast over het netwerk van fietsambassadeurs. Tijdens mijn allereerste fietswerkbezoek heb ik kennisgemaakt met de nationale politie en gezien hoe zij politiemannen en -vrouwen stimuleren om naar het werk te fietsen. Binnenkort ontmoet ik de overige fietsambassadeurs en hoor ik hoe zij het fietsen naar het werk stimuleren.


Mobiliteit is geen doel op zichzelf maar een middel. We zien dat goed bij het bereikbaar maken van nieuwe woningen. Een nieuwe woonwijk is meer dan een groep rijtjeshuizen. Het is een plek waar mensen leven, waar ze werken, recreëren, elkaar ontmoeten op het voetbalveld en waar een nieuwe gemeenschap ontstaat.

Deze ontmoetingen kunnen alleen plaatsvinden als woonwijken goed bereikbaar zijn en slim zijn ontworpen.   En dan niet alleen bereikbaar voor mensen met een rijbewijs, maar ook voor de kinderen die op de fiets naar de middelbare school moeten of voor mensen die afhankelijk zijn van het openbaar vervoer.

Van de 7,5 miljard die in het coalitieakkoord is afgesproken voor de bereikbaarheid van nieuwe woningen, is een deel uitgegeven. Vooral voor afspraken om snel tot woningbouw te kunnen komen. We gaan de komende periode met de mede-overheden overleggen over de bestemming van de resterende middelen.


Tot slot nog een laatste prioriteit: grensoverschrijdend vervoer. Ik weet heel goed hoe het voelt om in een grensregio te wonen.

Als je in de grensregio woont voel je je verbonden met de regio, ook al bestaat die uit twee verschillende landen. Die verschillen tussen de landen vallen vaak weg als je er woont, zeker als je bv voor je werk of studie vaak over de grens moet zijn.

In je hoofd bestaat die grens eigenlijk niet, maar fysiek nog wel, en zeker op het spoor. Dat is heel jammer, omdat bijvoorbeeld Duitsland en Nederland elkaar kunnen versterken in de grensregio. Denk op het gebied van arbeidsmarkt en onderwijs.

Daarom zet ik me nadrukkelijk in om dit grensoverschrijdend vervoer te verbeteren. We hebben net mooie stappen kunnen zetten in een directe lijn van Eindhoven naar Düsseldorf, en Emmen-Rheine, maar we zijn nog op veel meer lijnen bezig. Daarvoor net een programma internationaal spoor uitgebracht dat een mooi overzicht biedt.

Wat verwacht ik van Mobiliteitsalliantie?

Ik zie de Mobiliteitsalliantie als een belangrijke bondgenoot, als meedenker en als inspirator bij dit alles. Mooi dat we een gezamenlijke ambitie hebben om bijvoorbeeld vervoersarmoede aan te pakken. Een relatief nieuw thema, maar wel belangrijk om gezamenlijk te kijken wat we hieraan kunnen doen.

De Alliantie denkt bijvoorbeeld actief mee over de mobiliteitsvisie die we aan het maken zijn en heeft verschillende punten meegegeven. Bv dat de aanpak van mobiliteitsvraagstukken integraal moet zijn. We kunnen de puzzel alleen leggen als departementen, Rijk, regio en de sector intensief samenwerken.

Net zoals u wil ik ook loskomen van een verkokerde inzet. Niet de modaliteiten, maar de mensen moeten centraal staan. Wat hebben mensen nodig op mobiliteitsterrein om te kunnen participeren in de samenleving?

Goed dat de Mobiliteitsalliantie deze gemeenschappelijk aandachtspunten agendeert en ik nodig de Alliantie van harte uit om mee te blijven denken over thema’s als verduurzamen van mobiliteit en zeker ook het bereikbaar maken van mobiliteit voor iedereen.

Ik kijk uit naar de samenwerking!