Vanaf medio april zelftesten voor het onderwijs

Na een aantal pilots gaat het testen op school de volgende fase in. Vanaf medio april komen er naar verwachting zelftesten beschikbaar voor het onderwijs. Dit is de eerste sector waar zelftesten grootschalig worden ingezet. Voorwaarde is wel dat fabrikanten voldoende testen leveren. Met zelftesten worden besmettingen sneller opgespoord en uitbraken zoveel mogelijk voorkomen. De bestaande maatregelen blijven onverminderd van kracht, zoals afstand houden, handen wassen en thuisblijven bij klachten.

Middelbare scholen

De zelftesten worden allereerst ingezet op middelbare scholen voor het risicogericht testen van leerlingen en onderwijspersoneel, als zij in dezelfde ruimte als een besmette persoon zijn geweest. Als zij positief zelftesten, gaan ze thuis in quarantaine en naar de GGD-teststraat. De zelftest wordt dus ingezet voor de zogenoemde ‘overige contacten’. Leerlingen of docenten die binnen 1,5 meter met een besmet persoon zijn geweest (‘nauwe contacten’), moeten zoals nu ook het geval is meteen naar huis en een afspraak maken bij de GGD voor een test. Voor de begeleiding van leerlingen wordt op elke middelbare school een aantal mensen getraind.

Onderwijspersoneel

Ook wordt de zelftest preventief ingezet voor onderwijspersoneel. Dit geldt ook voor personeel van kinderopvang, als de opvang in hetzelfde gebouw als de school zit. Zij kunnen de test thuis twee keer per week bij zichzelf uitvoeren, als ze geen klachten hebben. Het afnemen van zelftesten is altijd vrijwillig. De testen zijn eenvoudig af te nemen, doordat ze minder diep de neus in gaan dan de reguliere coronatesten in de GGD-teststraat.

Hoger Onderwijs

Ook in het hoger onderwijs wil het kabinet inzetten op zelftesten om meer fysiek onderwijs mogelijk te maken. Dit is van groot belang voor de fysieke en mentale gezondheid van de jongeren maar ook voor het voorkomen van verdere achterstanden. Het streven is dat alle studenten zich vanaf eind april minstens één keer per week kunnen zelftesten om weer 1 dag in de week naar de instelling te kunnen gaan voor fysiek onderwijs. De rijksoverheid stelt hiervoor de testen beschikbaar, en de komende tijd wordt dit samen met de instellingen verder uitgewerkt. Ook voor het mbo zullen zelftesten beschikbaar worden gesteld.

Voorwaarde

Tot voor kort golden er voor de zogeheten antigeentesten strenge eisen. Op advies van de expertgroep-Van der Zande zijn de medische regels niet van toepassing op de zelftesten en kunnen ze nu grootschalig worden ingezet. Voorwaarde is wel dat er voldoende testen zijn. Fabrikanten moeten hiervoor een ontheffing aanvragen en positief beoordeeld worden door het RIVM en Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd. Als aan deze voorwaarde wordt voldaan, krijgen scholen vanaf medio april de zelftesten aangeboden. Het kost tijd om dit te realiseren voor de circa 6000 basisscholen, 1500 middelbare scholen en zo’n 500 scholen voor speciaal onderwijs en voortgezet speciaal onderwijs. Dat geldt ook voor de in totaal 113 mbo-instellingen, hogescholen en universiteiten.

Pilots

Op dit moment lopen er pilots met sneltesten op zo’n 50 middelbare scholen, basisscholen en scholen voor speciaal onderwijs. Dit zijn sneltesten, die door een commercieel testbedrijf worden uitgevoerd. Deze methode wordt vervangen door het zelftesten. Ook in het mbo en hoger onderwijs lopen al enige tijd pilots in acht regio’s en wordt bekeken of deze pilots uitgebreid kunnen worden. Voor het hoger onderwijs geldt dat binnen de pilots, als er de mogelijkheid is dat alle studenten zich kunnen laten testen, voor iedere student weer één dag per week fysiek onderwijs aangeboden kan worden. In het mbo kunnen studenten sinds enkele weken weer één dag in de week fysiek onderwijs volgen.