Tweede patiënt in Nederland met COVID-19

In de nacht van 27 op 28 februari 2020 is een tweede patiënt met COVID-19 gediagnosticeerd. Met labonderzoek in het AmsterdamUMC werd dit vastgesteld, waarna het resultaat in het laboratorium van het RIVM werd bevestigd. De patiënt heeft geen link met de eerste patiënt. De tweede patiënt, een inwoner van Amsterdam was vorige week in Lombardije (Italië). Zij zit in thuisisolatie in Diemen. De GGD Amsterdam brengt in kaart met wie deze patiënt contact heeft gehad door middel van contactonderzoek.

Er leven veel vragen rond het coronavirus. Op rijksoverheid.nl/coronavirus wordt alle informatie gebundeld. In de loop van de middag wordt het publieksinformatienummer 0800-1351 geopend.

Een van de vragen is wat mensen zelf kunnen doen om besmetting te voorkomen. De belangrijkste maatregelen zijn: 

  • Was je handen regelmatig
  • Hoest en nies in de binnenkant van je elleboog
  • Gebruik papieren zakdoekjes
  • Raak zo min mogelijk uw mond, neus en ogen aan

Symptomen van de ziekte zijn koorts en luchtwegklachten zoals kortademigheid of hoest. Iemand die deze klachten heeft en de afgelopen 2 weken in een gebied is geweest waar COVID-19 wijdverspreid is (zoals China, Zuid-Korea, maar ook in enkele regio’s in Italië), kan worden getest op COVID-19, de ziekte die wordt veroorzaakt door het virus met de naam SARS-CoV-2. Die test kan een arts ook aanvragen voor iemand met deze klachten als hij of zij contact heeft gehad met een patiënt met het nieuwe coronavirus.

COVID-19 kan zich verspreiden via druppels. Bijvoorbeeld als iemand hoest of niest in het gezicht van een ander. Om te voorkomen dat de ziekte zich verder in Nederland verspreidt, brengen de GGD en het RIVM in kaart wie er nauw contact heeft gehad met de besmette patiënt. Deze personen (die contacten worden genoemd) worden gemonitord en moeten twee keer per dag hun temperatuur opnemen en dit melden aan de GGD. Zij moeten ook melding maken van andere klachten die zij hebben. Door deze maatregelen verkleinen we de kans dat de ziekte zich in Nederland kan verspreiden.

Het RIVM blijft alert op nieuwe besmettingen en past hetzelfde protocol toe als deze gevonden worden: isolatie, contactonderzoek en doorlopende monitoring van de patiënt.