Opleiders vanwege misbruik geschrapt uit STAP-register

Met het STAP-budget kunnen mensen hun positie op de arbeidsmarkt verbeteren. Aanbieders van  opleidingen in het scholingsregister moeten aan eisen voldoen of tot een erkend keurmerk behoren. Na signalen dat opleiders zich met hun aanbod of werkwijze niet aan de subsidievoorwaarden voor het STAP-budget houden, is het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid onderzoeken gestart naar bijna 250 opleiders. Daarvan zijn nu zes onderzoeken afgerond.

Twee van de zes onderzochte opleiders worden voorlopig met al hun opleidingen uit het register gehaald. Daarnaast zijn twee opleiders gesommeerd opleidingen die niet voldoen aan de doelstelling en voorwaarden van STAP uit het register te halen. Gebeurt dat niet voor 31 oktober, dan volgt ook verwijdering. De overige twee onderzochte opleiders kunnen hun opleidingen blijven aanbieden in het register. Dat heeft minister Van Gennip van Sociale Zaken en Werkgelegenheid besloten op advies van de Toetsingskamer STAP, het onderdeel van het ministerie dat toeziet op misbruik en oneigenlijk gebruik van de regeling door opleiders.

Aanbod voldoet niet aan doelstellingen

De Toetsingskamer STAP startte onderzoeken naar de opleiders na signalen dat opleidingen voornamelijk bestaan uit coaching, in het buitenland plaatsvinden of gericht zijn op eigen financieel gewin. Dit soort opleidingen geldt volgens de regeling niet als scholing, omdat ze niet direct gericht zijn op het verbeteren van de arbeidsmarktpositie. Ook werden opleidingen aangeboden waarvoor al andere subsidies bestaan of waarvoor een werkgever zelf verantwoordelijk is, zoals rijopleidingen en taaltrainingen bij inburgeringscursussen.

De bijna 5000 mensen die het STAP-budget hebben aangevraagd voor een van de opleidingen die niet aan de doelstellingen voldoen, zijn daarover de afgelopen tijd geïnformeerd. Een deel van hen heeft te horen gekregen dat ze een andere opleiding kunnen kiezen. De rest krijgt nog informatie over het vervolg.

Sinds het eerste tijdvak in maart 2022 is de belangstelling voor de STAP-regeling groot. Het budget is tot dusver in vier aanvraagperiodes verdeeld over zo’n 155.000 mensen. Positief is daarbij dat de helft van de aanvragers maximaal een mbo-achtergrond heeft, terwijl deze groep tot vorig jaar de fiscale aftrek voor scholing minder goed wist te vinden. Vanwege de interesse voor STAP is het budget voor het laatste tijdvak flink verhoogd, zodat meer aanvragen kunnen worden toegekend.

Handhaving opleiders aangescherpt

Tegelijkertijd blijkt dus dat er opleiders zijn die de grenzen van de regeling opzoeken. Daarom wordt er ook de komende tijd streng op toegezien dat opleiders de voorwaarden naleven. Zo mogen ze geen geschenken, aanbiedingen of andere voordelen koppelen aan opleidingen in het STAP-register.

Het ministerie van SZW werkt nauw samen met UWV, DUO en de Toetsingskamer bij het signaleren van en optreden tegen opleiders die toch de fout ingaan. In overleg met deze partijen wordt gewerkt aan verdere aanscherping van de STAP-regeling. Omdat het om een lerende regeling gaat, wordt STAP continu gemonitord en geëvalueerd.