Toespraak Nationale Herdenking Nederlands Slavernijverleden

Speech door minister Weerwind bij de herdenkingsbijeenkomst slavernij in Den Haag op 29 juni 2023.

My skin is black, my arms are long

My hair is woolly, my back is strong

Strong enough to take the pain, inflicted again and again

What do they call me

My name is aunt Sarah, my name is aunt Sarah

Dames en heren, dit zijn de eerste regels van het lied Four Women van Nina Simone.

Mijn favoriete zangeres, en ik ken het lied goed.

Het gaat over vier vrouwen die elk een stereotiepe ‘zwarte vrouw’ vertegenwoordigen.

En die uiteindelijk allemaal getekend, en geketend, zijn door een gedeelde ervaring:

De slavernij.

Het is een prachtig en indringend lied, en ik zou iedereen hier willen vragen het eens op te zoeken en te beluisteren.

Ik moest aan dit lied denken toen ik hoorde dat in het programma vandaag de groepen Afimo en Bromelia zouden optreden. U heeft hen net gehoord en wat was het prachtig. In veel van hun liederen staan de positie van de zwarte vrouw en de vrijheidsstrijd ten tijde van de slavernij centraal. Soms subtiel, soms prominent, maar altijd aanwezig. Net als bij Nina
Simone.

Als eerbetoon aan al die dappere tot-slaaf-gemaakte vrouwen die opkwamen voor hun bestaan en hun rechten en die het pad effenden voor de generaties na hen, licht ik graag vier van die vrouwen uit. Vier vrouwen die vochten voor vrijheid.

Ik noem Virginia Dementricia, een Arubaanse vrouw die keer op keer in opstand kwam tegen haar eigenaar, net zo lang tot deze haar niet meer wilde hebben en zij werd verkocht. Waarna zij zich wederom niet liet knechten, en opnieuw meerdere vluchtpogingen ondernam. Uiteindelijk werd zij pas écht vrij toen de slavernij werd afgeschaft.

Ik noem One-Tete Lohkay, een tot-slaaf-gemaakte vrouw op Sint-Maarten. Ook zij ondernam talloze ontsnappingspogingen, tot bij haar uit straf een borst werd geamputeerd. Vandaar ook haar naam: one-tete. 

Ik noem Virginie van Gameren, die als tot-slaaf-gemaakte haar eigenaar vergezelde in Nederland. Toen zij terugkeerde werd zij wederom te werk gesteld op Curaçao, iets wat zelfs in die tijd volgens de wet niet mocht. Zij vocht deze beslissing aan, met succes. Virginie van Gameren heeft veel betekend voor de rechtspositie van vrouwen in en na de slavernij. Zij koos bijvoorbeeld als een van de eerste tot-slaaf-gemaakte vrouwen haar eigen achternaam. In de tentoonstelling hier in het Haags Historisch Museum is er terecht aandacht voor haar leven.

En tot slot noem ik Ma Pensa, de vrouw die ontsnapte uit haar gevangenschap in Suriname. Zij had rijstkorrels gevlochten in haar haar, zodat zij deze later, na haar vlucht, weer kon planten en laten ontkiemen. Een levenslijn met haar toekomst en de toekomst van haar volk. In Suriname zijn er nog steeds rijstvelden die hun oorsprong vinden in de rijstkorrels van Ma Pensa.

Dames en heren. Vier vrouwen die zich niet neerlegden bij hun lot, die met alle repercussies van dien in opstand kwamen voor vrijheid en voor waardigheid. Vrouwen die de weg bereidden naar verandering. Die alles in de waagschaal stelden voor gerechtigheid, ook al ging dat ten koste van hun eigen lichamelijke integriteit.

Ons past hen het grootste respect.

Voor mij persoonlijk is er nog een vijfde vrouw, en dat is mijn moeder. Als partner van man met een slavenachtergrond heeft zij mij altijd aangemoedigd om op te komen voor verdraagzaamheid en respect. Ik leerde dat dialoog altijd te verkiezen is boven geweld. Dat liefde beter is dan haat, inclusie beter dan uitsluiting, nieuwsgierigheid beter dan oogkleppen. Zij leerde mij dat we moeten streven naar een verdraagzame wereld waarop we worden afgerekend op wie we zijn, anders dan op de kleur van onze huid of ons geslacht. Dat het beter is niet in verbittering achterom te kijken, maar in verbinding vooruit. Haar lessen, en die van de vier vrouwen die ik noemde, neem ik elk dag met mij mee en zij zijn mij dierbaar.

Beste mensen. Zo dadelijk, aan het eind van deze plechtigheden, ondernemen wij een korte mars naar het Mauritshuis. Ook zo’n instituut dat op de vragen van deze tijd een antwoord probeert te vinden.

Ik hoop dat u samen met mij mee oploopt, en daarmee niet alleen de slachtoffers van toen herdenkt, maar ook de helden van nu eert. Hier hebben de kinderen hier aanwezig nog het meeste recht op, want iedereen heeft een rolmodel nodig.

Ondanks de gruwelen van de slavernij en het verdriet van verloren generaties sluit ik af met een groot optimisme. De levensloop van Anton de Kom is inmiddels opgenomen in de Nederlandse canon. Er gaan stemmen op voor Keti Koti als vrije dag. Meer en meer is er het besef er dat de erkenning van de slavernij de Nederlandse gemeenschap niet tot schande maakt, maar juist vooruithelpt. Niet in verbittering, maar in verbinding. Want samen staan wij sterk, en samen zetten wij de stap vooruit.

Dank u wel.