Merel van Groningen genomineerde Shakingtree Award 2020

Merel van Groningen, directeur MvG foundation, loopt in een bos.
Zij vertelt:

'Victim blaming' is enorm in Nederland.
Denk maar, als jouw dochter 's avonds laat de deur uitgaat, dat je zegt: Doe maar niet zo'n kort rokje aan.
Ik begrijp het, maar daarmee zeg je eigenlijk: Als er wat gebeurt, is het je eigen schuld.
Maar het is de dader natuurlijk die daar schuldig aan is.

Ik ben Merel van Groningen, 46 jaar.
Ik ben moeder van twee inmiddels volwassen kinderen.
Ik ben getrouwd.

En in 2008 heb ik mijn eerste boek geschreven.
Dat gaat over mijn ervaringen waarin ik seksueel uitgebuit ben door een loverboy op m'n 15e.
In 2009 kwam het tweede boek uit.
Daarin vertel ik over dat ik seksueel misbruikt ben door een hulpverlener binnen jeugdzorg.
Toen dacht ik: Misschien kunnen psychologen van mij leren.
Misschien moet ik 's wat lezingen gaan geven.

Maar toen werd ik ook uitgenodigd door scholen.
Dat werd steeds groter en het jaar daarop moest ik meer leerlingen voorlichting gaan geven.
Dus vanaf 2010 ben ik echt intensief dit werk gaan doen.

De eerste keer dat er hulp werd gevraagd voor zo'n slachtoffer...
dat komt eigenlijk vanuit de gemeente of vanuit de politie.
Ook GGZ-instellingen zoeken informatie via Google.
Dan komen ze bij mij, en dan vragen ze: 'Wil je even kijken? Wil je meekijken?'
Het vakteam vraagt dat.
Gemeentes vragen dat.

En om het landelijk te kunnen dekken, zijn wij ervaringsdeskundigen aan het opleiden...
dat zij vanuit dezelfde intentie als ik gaan werken, met hun eigen ervaringskennis.
Want professionals bieden vaak hulp vanuit de theorie, en wij doen dat vanuit de praktijk.
En die kennis samen maakt dat jij direct goede hulp kunt bieden.

Ik heb niet het idee dat ik jongeren op moet voeden.
Het doel van de voorlichting is: Bijbrengen waar het gevaar ligt.
En hebben ze die gevaren al gelopen, dan kunnen ze hulp vragen en daar help ik ze dan bij.

Vaak wordt gedacht: Een ervaringsdeskundige deelt haar verhaal.
Dat deed ik ook in het begin natuurlijk, maar dat is maar een heel klein stukje van mijn voorlichting.
Ik ga mee in de wereld waarin zij zitten en waar de kans op seksuele uitbuiting zit...
en dan komen de verhalen van wat hen is overkomen vanzelf.
Ik strijd al heel lang voor de stem van de slachtoffer.
En ik vind dat deze nominatie daar erkenning aan geeft.
Ik hoef 'm niet te winnen. Daar gaat het helemaal niet om.

Maar VWS is natuurlijk wel wie erover gaat.
Ik bied een andere manier van zorg aan, door dingen samen te brengen...
waardoor het slachtoffer direct geholpen kan worden... want twee jaar geleden is er een onderzoek geweest...

80% van de slachtoffers wordt niet direct geholpen doordat ze of verkeerd begrepen worden... of er is geen plaats.
80%, hoe eenzaam is dat?
Ik moet laten zien dat het heel vervelend is wat er is gebeurd, maar dat het ook goed kan komen.
Dat je kinderen kunt krijgen, dat je nog een partner kunt vinden en daar bij kunt blijven.
Dus dat de wereld niet alleen maar slecht is.
Ik denk dat dat enorm belangrijk is voor jongeren om dat te zien: dat het goed kan komen.