Toespraak staatssecretaris Tuinman bij BT Event

Goedemiddag!

Goed om hier te zijn! Ik kom graag op dit soort evenementen; waar economische groei, innovatie en het belang van de regio centraal staan. Afgelopen week nog ondertekenden we tijdens de Defensie-innovatiebeurs Purple Nectar intentieverklaringen met 4 regio’s, waaronder Oost-Nederland.

Initiatieven uit de regio zijn onmisbaar voor de krijgsmacht en in dit geval is er nog een reden waarom ik benieuwd was naar deze dag. Namelijk het thema van vandaag: ‘Concurrerend in een nieuwe wereld – Ruimte maken voor een robuuste economie’.

Ik heb zelfs even gecheckt of we niet zelf medeorganisator waren, want dit thema past naadloos bij de uitdagingen waar Defensie voor staat.

Mijn verhaal vandaag heeft de titel: ‘Defensie: ruimteconcurrent of regionale kans?’

Om die vraag te beantwoorden neem ik jullie mee naar de Jaarlijkse Economendag. Daar legde ik onlangs uit hoe Defensie wil groeien van 80.000 naar 100.000 mensen in 2030 – en bij crises zelfs naar 200.000.

Daarbij is de vraag hoe we voorkomen dat Defensie met het bedrijfsleven om mensen en middelen concurreert, de arbeidsmarkt ontwricht en de economie schaadt. De zoektocht naar personeel heeft veel overeenkomsten met die naar fysieke ruimte.

Het begint met de vraag of die groei wel nodig is. Ik hoef – hoop ik – weinig mensen te overtuigen als ik zeg dat de wereld de afgelopen tijd een grimmigere plek is geworden.

De concurrentiestrijd tussen de grootmachten is vuiler en feller geworden en vanuit verschillende kanten neemt de dreiging voor Europa toe.

In de eerste plaats natuurlijk vanuit Rusland en hun agressieoorlog tegen Oekraïne, maar op de langere termijn ook vanuit China.

We bevinden ons in een schemergebied tussen oorlog en vrede.

Aan de oppervlakte lijkt het bij woorden te blijven, maar achter de schermen woedt de strijd volop – in cyberspace en via hybride oorlogsvoering.

China probeert onze economie te ontwrichten; Rusland gebruikt de botte bijl met drones, luchtruimschendingen, sabotage en desinformatie.

En dan zijn er naast deze 2 grootste dreigingen nog talloze andere brandhaarden en onzekerheden.

Tel daar bij op dat we niet langer onvoorwaardelijk achter de brede rug van de Verenigde Staten kunnen schuilen en het is duidelijk dat Europa weer verantwoordelijkheid moet nemen voor de eigen veiligheid.

Dat is wat we nu doen. Maar we versterken geen bestaande buffer; we herstellen decennia van sloopwerk en bouwen opnieuw aan de ondergrens.

Slimmere systemen helpen ons om meer te doen met minder mensen.

Maar voor echte slagkracht en geloofwaardige afschrikking hebben we ook meer personeel nodig. En dat is lastig, want de arbeidsmarkt is al krap en dat tekort neemt met de vergrijzing alleen maar toe.

Met fysieke ruimte is het niet anders. Om militairen goed voor te bereiden, moeten ze vaker, realistischer en grootschaliger oefenen. Dat vraagt ruimte – terwijl die er steeds minder is.

Denk aan het woningtekort, de groei van bedrijven en de stikstofproblematiek. Ook hier moeten we dus groeien zónder de economie te schaden.

Want een sterke economie is de basis van onze veiligheid.

Dat wist legeraanvoerder Perikles 2.400 jaar geleden al toen hij de Atheners zei: “Onze veiligheid berust niet op muren of schepen, maar op de middelen die ons in staat stellen ze te bouwen en te onderhouden.”

Dat geldt nog steeds: in Oekraïne bepalen kennis, innovatie en industrie hoe lang het land zich kan verdedigen. Economie en veiligheid zijn twee kanten van dezelfde medaille.

Nederlandse bedrijventerreinen zijn goed voor 40% van ons BNP en 60% van alle research & development. Ze vormen dus de ruggengraat van onze economie – en indirect ook van de krijgsmacht.

We moeten elkaar niet in de weg zitten, maar juist versterken.

Dat brengt me terug naar onze zoektocht naar personeel en ruimte. Niet alleen het probleem, ook het antwoord op beide uitdagingen is vergelijkbaar.

Voor personeel willen we geen klassiek leger met alleen vaste banen. Dat past niet meer bij deze tijd en is een verspilling van kapitaal en talent. De toekomst is een schaalbare krijgsmacht, met een flexibele schil van reservisten. Zo blijven we wendbaar, ontzien we de arbeidsmarkt én profiteren we van hun civiele kennis.

Tegelijkertijd profiteren ook werkgevers als hun mensen reservist worden: ze keren terug met meer veerkracht, leiderschap en teamgeest. En soms met unieke kennis – bijvoorbeeld IT’ers die ervaring opdoen met de cyberwarfare die onder onze neuzen al in alle hevigheid wordt uitgevochten.

Diezelfde win-win zoeken we ook bij onze ruimtevraag. Geen terugkeer naar grote, door prikkeldraad afgesloten legerbases, maar open en slimmer omgaan met de ruimte die er is.

Met innovatieve simulatoren beperken we ons ruimtebeslag. En waar fysieke oefening nodig is, doen we dat zoveel mogelijk in de openbare ruimte – ook op bedrijventerreinen. Zo komen we letterlijk dichter bij de samenleving te staan.

Het valt me op dat bij dit soort vraagstukken op dat vaak wordt gesproken over ‘of of’, terwijl het wat mij betreft ‘en en’ is. Een perfect voorbeeld is het Hive Aerospace Collective op Woensdrecht, een civiel-militair onderhoudsinitiatief. Daar hebben we letterlijk een opening in het hek gemaakt tussen de luchtmachtbases en het naastgelegen bedrijfsterrein, zodat militairen en burgers kunnen samenwerken.

Onze groei hoeft dus niet ten koste te gaan van anderen. In dit geval groeit én het bedrijventerrein met een deel van de kazerne én wij krijgen meer capaciteit. Bij de oude tankwerkplaats op de Leusderheide is net de eerste schop de grond ingegaan voor het Technologie Centrum Land. Ook dit betekent niet alleen ruimte en nieuwe faciliteiten voor defensie, maar ook voor de industrie waarmee we bijvoorbeeld samen onze tanks gaan onderhouden.

Er is gewoon te weinig ruimte voor ieders wensen en ik zie het ook niet gebeuren dat we binnenkort nieuw land gaan winnen door een deel van het IJsselmeer in te polderen.

Dat betekent dus dat we de oplossing moeten zoeken in meer multifunctioneel ruimtegebruik. Net als genoemde voorbeelden geldt dat principe ook waar Defensie, bedrijven en kennisinstellingen samenwerken aan sleuteltechnologieën als slimme materialen, ruimtevaart, quantum en sensoren. Gedeelde ruimte waarmee we onze slagkracht versterken, onze internationale concurrentiepositie, maar waarmee we bijvoorbeeld ook startups net dat zetje geven dat nodig is voor een stabiel businessmodel. Iedereen profiteert dus.

Zelfs onze oefenterreinen kennen ‘dual use’! Dankzij de relatieve rust blijken ze vaak een zegen voor de natuur.

Dual use is het sleutelwoord: samenwerken, kruisbestuiven, elkaar versterken. Reservisten versterken zowel Defensie als hun werkgevers. Oefenen in de openbare ruimte versterkt de band met de samenleving. En gezamenlijke innovatie en gedeeld ruimtegebruik versterkt tegelijk Defensie én onze economie.

Voor een krachtige vuist zijn sterke ecosystemen nodig waarin Defensie, bedrijfsleven, kennisinstellingen en overheden zich samen voorbereiden op crisisscenario’s. Ecosystemen die zijn ingebed in een weerbare samenleving – waarin mensen weten wat er van hen wordt verwacht als de pleuris uitbreekt.

Dat begint bij jullie hier. Als individuele burgers die kalm blijven, een plan hebben en zichzelf een aantal dagen kunnen redden en zo chaos en paniek voorkomen.

Maar het zijn ook de transportbedrijven die niet alleen ons, maar ook supermarkten blijven bevoorraden. Het zijn Rijkswaterstaat, ProRail en havenbedrijven die aanvoerlijnen open houden. Ziekenhuizen die operationeel blijven en een grote stroom gewonden kunnen opvangen.

Het zijn ondernemers die geld in het laatje blijven brengen en overheidsdiensten die samen met gespecialiseerde reservisten kritieke infra overeind houden. Dus ook jullie, de mensen die gaan over de ruimte voor economie. Denk vooruit. Denk over mogelijke scenario’s en maak plannen om overeind te blijven. Of dat nou is met een back-up voor energievoorziening, communicatie of toeleveranciers.

Bouw netwerken. Kijk welke bedrijven of initiatieven een rol kunnen spelen bij onze veiligheid. Nu beseffen veel bedrijven niet dat hun producten ook voor Defensie nuttig kunnen zijn. Direct of na een paar aanpassingen.

Begin daar vandaag mee. Want het is makkelijker samenwerken vóórdat het misgaat. Help ons door mee te bouwen aan een sterke, veerkrachtige samenleving – Defensie kan dat niet alleen.

Uiteindelijk draait het om ruimte – letterlijk en figuurlijk. Ruimte voor groei, voor samenwerking, voor de mensen die ons land veilig houden.
Net als bij personeel is de ruimtevraag alleen te beantwoorden met flexibiliteit, creativiteit en gedeelde verantwoordelijkheid.

Als we elkaar die ruimte gunnen, versterken we onze economie, onze maatschappelijke weerbaarheid én onze militaire slagkracht.

En dat is precies wat we nodig hebben in deze nieuwe wereld: een Nederland dat samen sterk is – in vrijheid, veiligheid en vertrouwen.

Bedankt! En nu hoor ik graag hoe jullie hier over denken.