Pensioenovereenkomsten en pensioenfondsen

Er zijn verschillende soorten pensioenovereenkomsten en pensioenfondsen.

Pensioenovereenkomsten

Er zijn 3 soorten pensioenovereenkomsten:

  • uitkeringsovereenkomsten, zoals de middelloonregeling en de eindloonregeling;
  • kapitaalovereenkomsten;
  • premieovereenkomsten, zoals de beschikbarepremieregeling.

De meeste pensioenregelingen vallen onder een uitkeringsovereenkomst (of uitkeringsregeling). De hoogte hangt dan af van het loon dat u heeft verdiend in de jaren van pensioenopbouw. Op de website van de AFM vindt u meer informatie over de soorten pensioenovereenkomsten.

Pensioenfondsen

Er zijn verschillende soorten pensioenfondsen:

  • Bedrijfstakpensioenfondsen

    Dit is een pensioenfonds van werkgevers uit 1 bepaalde bedrijfstak. Deelname aan een bedrijfstakpensioenfonds is vaak verplicht (of door de minister van SZW verplicht gesteld). 
  • Ondernemingspensioenfondsen

    Een onderneming of instelling die niet onder een bedrijfstakpensioenfonds valt, kan zelf een pensioenfonds oprichten.
  • Beroepspensioenfondsen

    Er zijn ook beroepspensioenregelingen. Dit zijn specifieke regelingen voor bijvoorbeeld huisartsen en medisch specialisten. Deelname aan een beroepspensioenregeling is vaak verplicht. 

Uw werkgever kan uw pensioenregeling ook onderbrengen bij een verzekeringsmaatschappij.

Hoogte pensioen en indexering

Op mijnpensioenoverzicht.nl vindt u een overzicht van de pensioenrechten die u heeft opgebouwd. U moet dan wel deelnemen aan een pensioenregeling van uw werkgever. Op deze website kunt u ook zien hoeveel AOW u heeft opgebouwd. Maar ook uw pensioenuitvoerder kan u over uw aanvullend pensioen informeren. 

Bundelen kleine pensioenen

Heeft u verschillende banen gehad? Dan heeft u waarschijnlijk verschillende pensioenen opgebouwd bij meerdere pensioenfondsen of verzekeraars. Door de hoge administratiekosten kopen pensioenuitvoerders deze kleine pensioenen nu vaak voor de pensioendatum af. Dit is nadelig voor uw pensioenopbouw. Sinds 1 januari 2019 mogen pensioenuitvoerders kleine pensioenen van minder dan € 484,09 bruto per jaar niet meer afkopen. Dit betekent dat zij kleine pensioenbedragen niet mogen uitbetalen aan iemand die nog niet met pensioen is.