De Franse bezetting en een algemeen belastingstelsel

Aan het einde van de 18e eeuw vielen de Fransen Nederland binnen. De Republiek der Nederlanden hield in 1795 op te bestaan en de 'Franse' grondwet en het bestuur van Nederland werd centraal gevormd. Een eenheidsstaat was geboren en dus moest er ook eenheid in belastingen komen.

Belastingstelsel voor de hele republiek

Minister Izaak Gogel zorgde ervoor dat in juli 1805 een belastingstelsel werd goedgekeurd dat in de hele republiek zou gelden. Er kwam ook 1 centraal ambtelijk apparaat om de belastingen te innen. Hij voerde een algemeen belastingstelsel in dat voor het eerst meer rekening hield met de draagkracht van de belastingbetaler. Dus: hoe rijker iemand was, hoe meer belasting hij moest betalen.

Een heleboel accijnzen verdwenen en belasting op inkomen kreeg een belangrijkere plaats in het stelsel. Zo betaalden degenen die in rijkdom leefden hogere personele belasting. Hun rijkdom werd afgemeten aan het aantal dienstboden, koets- en rijpaarden, haardsteden en ramen en deuren in de huizen die ze bezaten. En aan de waarde van hun grond.

De belastingambtenaar kwam toen nog aan huis om ter plekke het aantal dienstboden, paarden, ramen en dergelijke te tellen. De afhandeling van de belastingzaken vond daarna plaats in het dorpshuis of het plaatselijke café.

Belasting op luxe goederen

Er kwam in de 19e eeuw ook een belasting op luxe goederen zoals waaiers, parasols, pruiken, handschoenen en haarpoeder. Men vond namelijk dat de mensen die zich dit soort luxe goederen konden veroorloven, wel wat meer konden missen en dus meer belasting konden betalen. Als bewijs van betaling werd een zegel aangebracht op de luxe goederen.

In de loop van de 19e eeuw kwam het zwaartepunt van de belastingheffing daarmee steeds meer op inkomsten, vermogen en winsten te liggen. De voorlopers van de huidige inkomstenbelasting en vennootschapsbelasting zijn in de 19de eeuw ingevoerd.

Sinds het 1e algemene belastingstelsel van Gogel zijn er in de 19e en 20ste eeuw nog veel grote en kleinere aanpassingen doorgevoerd. Uitbreidingen maar ook vereenvoudigingen van het stelsel.