Werkgelegenheid in zorg en welzijn

Er zijn veel mensen nodig in zorg en welzijn, nu en in de toekomst. Het kabinet wil de personeelstekorten in de sector zorg en welzijn terugdringen. En medewerkers behouden. Dit gebeurt samen met partijen zoals zorginstellingen en onderwijsinstellingen.

Campagne Ik Zorg

De publiekscampagne Ik Zorg laat zien hoe divers de zorgsector is. De campagne is bedoeld om mensen enthousiast te maken voor een baan in de zorg en welzijn. Bijvoorbeeld als verzorgende, activiteitenbegeleider, laborant of ICT’er. 
Op de campagnewebsite staan meer dan 600 verhalen door medewerkers in de zorg en welzijn. En er staat informatie over opleidingen en beroepen. Ook vindt u er vacatures en kunt u een gratis persoonlijk loopbaanadvies vragen.

Cijfers en ontwikkelingen in zorg en welzijn

Het CBS heeft een een AZW-StatLine over de arbeidsmarkt zorg en welzijn. Hier vindt u de laatste cijfers en ontwikkelingen op landelijk niveau, per regio en per branche. In het dashboard over de arbeidsmarkt zorg en welzijn vindt u een weergave van de kernindicatoren van het Actieprogramma Werken in de Zorg.

Actieprogramma Werken in de zorg

Tot en met 2021 liep het Actieprogramma Werken in de zorg. Het doel van het programma was dat er voldoende medewerkers in zorg en welzijn zijn. En dat zij het werk kunnen doen waarvoor zij zijn opgeleid. 

De onafhankelijke commissie Werken in de Zorg volgde de uitvoering van het Actieprogramma Werken in de Zorg (2018-2021). Door de coronacrisis veranderde de situatie in de zorg. Daarom voerde de commissie vanaf 2020 gesprekken met (boven)regionale samenwerkingsverbanden en sleutelfiguren. De insteek was het ophalen van de belangrijkste lessen en helpen die verder te brengen. Sinds de start in 2018 bracht de commissie adviezen uit. 

Laatste adviezen uit 2021 van de commissie Werken in de Zorg

Er is blijvende inzet nodig. Het kabinet heeft daarom besloten om hiervoor de komende jaren extra middelen beschikbaar te stellen. De minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) informeert de Tweede Kamer begin 2022 over hoe het kabinet deze extra middelen wil besteden.