Voordracht Eugene Rhuggenaath bewindvoerder bij de Wereldbankgroep

Eugene Rhuggenaath wordt voorgedragen als nieuwe bewindvoerder bij de Wereldbankgroep. De Rijksministerraad heeft minister Kaag van Financiën en minister Schreinemacher voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking het mandaat verleend om deze voordracht namens het Koninkrijk te doen. Rhuggenaath is momenteel voorzitter van de Raad van Toezicht van het Pensioenfonds Caribisch Nederland en heeft afgelopen maanden tevens deel uitgemaakt van de Taskforce voor aanpak knelpunten Caribisch Nederland.

Dhr. E. P. Rhuggenaath volgt Koen Davidse op, die de functie in Washington DC de afgelopen vijf jaar heeft vervuld en directeur-generaal Beleid bij het ministerie van Defensie wordt. De benoeming van Rhuggenaath is definitief na instemming van de andere kiesgroeplanden. Hij zal in november aantreden voor een termijn van vier jaar.

Rhuggenaath heeft meer dan 10 jaar ervaring als politieke bestuurder, recentelijk als Minister-President (2017-2021), Minister van Onderwijs, Cultuur en Sport (2020) en Minister van Economische Ontwikkeling (2015-2017) van Curaçao. Daarnaast heeft hij ruime ervaring in de private sector, onder andere als directeur bij verschillende instellingen in de internationale financiële dienstverlening. Hij studeerde bedrijfskunde aan de universiteit van Miami en behaalde zijn MBA aan de Erasmus Universiteit in Rotterdam.

De Wereldbank is de enige wereldwijd opererende internationale financiële instelling waar Nederland een permanente zetel heeft in de Raad van Bewindvoerders. De bewindvoerder is namens de kiesgroep verantwoordelijk voor alle onderdelen van de Wereldbankgroep. De kiesgroep bestaat, naast Nederland, uit Armenië, Bosnië-Herzegovina, Bulgarije, Kroatië, Cyprus, Georgië, Israël, Noord-Macedonië, Moldavië, Montenegro, Roemenië en Oekraïne.

De vacature is zoals gebruikelijk breed bekendgemaakt, zodat iedereen kon solliciteren. Dit is geen benoeming op een ABD-functie, maar deze is wel tot stand gekomen met een procedure vergelijkbaar met die voor functies binnen de Algemene Bestuursdienst.