Tijdelijk huisverbod en straf huiselijk geweld

Plegers van huiselijk geweld kunnen een tijdelijk huisverbod van 10 dagen krijgen. De burgemeester of een hulpofficier van justitie leggen dit tijdelijk huisverbod op. Degene met het tijdelijk huisverbod, het slachtoffer en eventuele kinderen krijgen hulp. Het Openbaar Ministerie (OM) kan plegers van huiselijk geweld strafrechtelijk vervolgen en  berechten. 

Huisverbod bij huiselijk geweld

Soms treft de politie of bijvoorbeeld Veilig Thuis bij mensen thuis een dreigende situatie aan. Maar zijn er (nog) geen strafbare feiten gepleegd. De politie kan dan niemand aanhouden of vervolgen. Met het tijdelijk huisverbod bestaat de mogelijkheid om in zo'n situatie toch in te grijpen. Daarmee zijn partner, kinderen of andere huisgenoten veiliger. Tijdens de periode van het tijdelijk huisverbod mag de pleger ook geen contact opnemen met de partner of de kinderen.

Iemand die een tijdelijk huisverbod krijgt, kan hiertegen in beroep gaan bij de bestuursrechter.

Uitvoering en verlenging huisverbod

Wie een tijdelijk huisverbod heeft, moet zich daaraan houden. Wie dat niet doet, kan maximaal 2 jaar gevangenisstraf of een taakstraf krijgen. De burgemeester kan het tijdelijk huisverbod verlengen tot maximaal 4 weken. Het tijdelijk huisverbod moet zorgen dat de situatie niet verder uit de hand loopt.

Het zorgt voor een afkoelingsperiode waarin hulpverlening op gang kan komen. Het gaat dan om hulp voor de pleger van huiselijk geweld, het slachtoffer en eventuele kinderen.

Dit staat in de Wet tijdelijk huisverbod. Uitgebreide informatie over huisverbod staat op Huiselijkgeweld.nl.

Straffen bij huiselijk geweld

Bij huiselijk geweld kan het gaan om (ernstige) strafbare feiten, zoals lichamelijke en seksuele geweldpleging, belaging en bedreiging. Plegers kunnen daar voor berecht worden. Bij mishandeling van een gezinslid kan de straf zelfs verhoogd worden. 

Strafrechtelijke vervolging bij huiselijk geweld

De politie en het OM geven prioriteit aan de aanpak van huiselijk geweld. Wanneer er geen aangifte is gedaan, wordt er zoveel mogelijk bewijs verzameld om de zaak ambtshalve te vervolgen. Dat betekent een vervolging zonder dat het slachtoffer aangifte heeft gedaan.