Kansengelijkheid op de middelbare school

Niet elke middelbare scholier groeit op in dezelfde omgeving. Jongeren uit arme gezinnen komen soms minder goed mee op school. Om te voorkomen dat deze jongeren onderwijsachterstanden oplopen of hun talenten niet goed kunnen ontwikkelen, neemt het kabinet verschillende maatregelen. Zo krijgen scholen bijvoorbeeld geld. Ook krijgen ze hulp bij het organiseren van extra activiteiten en het aanstellen van een brugfunctionaris.

Niet alle ouders hebben tijd of geld om hun kind te helpen

Wanneer een jongere in een arm gezin opgroeit, heeft dat grote gevolgen. Ouders die in armoede leven hebben vaak veel zorgen. Hierdoor hebben ze meestal minder tijd om bijvoorbeeld te helpen met schoolwerk. Ook is er niet altijd geld voor computers, sport- of muziekles. De achtergrond en het opleidingsniveau van de ouders spelen ook een rol in de ontwikkeling van een jongere. Hierdoor krijgen jongeren niet altijd de beste kansen om zich te ontwikkelen in het onderwijs. En lopen ze soms onderwijsachterstand op.

Geld om onderwijsachterstanden aan te pakken

Scholen krijgen geld van de overheid om middelbare scholieren die dat nodig hebben extra te ondersteunen. Hoeveel geld scholen krijgen, hangt af van het aantal leerlingen dat een hoog risico heeft om achterstanden op te lopen.

In 2024 krijgen scholen via de Regeling onderwijskansen voortgezet onderwijs ongeveer € 168 miljoen. Lopen leerlingen door hun thuissituatie mogelijk een leerachterstand op? Dan kunnen zij met dit geld geholpen worden. Met de Rekentool regeling onderwijskansen kunnen scholen uitrekenen hoeveel geld ze ongeveer kunnen krijgen. Ze bepalen zelf hoe ze het geld uitgeven.

Daarnaast ontvangen scholen extra geld voor het onderwijs aan nieuwkomers. Scholen kunnen het geld bijvoorbeeld besteden aan extra onderwijs om taalachterstanden tegen te gaan.

Extra activiteiten voor een goede ontwikkeling buiten schooltijd

Door het programma School en omgeving werken scholen, gemeenten en andere partijen rondom een school samen. Zo worden er extra activiteiten georganiseerd voor jongeren die thuis geen geld hebben voor bijvoorbeeld muziekles of een museumbezoek. Dat zijn activiteiten waarmee ook deze jongeren erachter komen waar ze goed in zijn, de wereld ontdekken en op zichzelf leren te bouwen. Denk bijvoorbeeld aan hulp met huiswerk, sportles of een boekenclub.

Scholen, gemeenten of andere partijen rondom een school kunnen voor het organiseren van deze activiteiten subsidie aanvragen.

Gratis schoolmaaltijden om de les beter te kunnen volgen

Niet elke jongere krijgt een gevulde broodtrommel mee. En jongeren leren beter als ze goed eten. Door een goede maaltijd hebben ze namelijk meer energie om de lessen te volgen. Het programma Schoolmaaltijden zorgt ervoor dat leerlingen niet zonder eten in de klas te zitten. Het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap organiseert dit samen met het Jeugdeducatiefonds en het Rode Kruis.

Scholen kunnen zich aanmelden op de website van het programma Schoolmaaltijden. Voorwaarde is dat minimaal 30 procent van de leerlingen uit een gezin met een laag inkomen komt. Scholen kunnen zelf kiezen voor het organiseren van een maaltijd op school of voor een boodschappenkaart voor thuis.

Het programma loopt tot en met 31 december 2024.

10-14-onderwijs voor geleidelijkere overstap van basis- naar middelbare school

Om de overstap van basisschool naar middelbare school geleidelijker te maken, kunnen leerlingen op sommige scholen 10-14-onderwijs volgen. Dat is voor leerlingen tussen de 10 en 14 jaar. Voor dit speciale onderwijsprogramma werken basisschool en middelbare school samen. Leerlingen krijgen hierdoor meer tijd om te ontdekken wat ze willen en kunnen en wat bij ze past, voordat ze een middelbare school kiezen.

Doorstromen van vmbo naar havo of van havo naar vwo

Voor alle leerlingen die na het vmbo-gl/tl naar havo of van havo naar vwo willen doorstromen, moeten dezelfde voorwaarden gelden. Dat staat in de wet Gelijke kans op doorstroom. Leerlingen met ouders met lager opleidingsniveau of inkomen worden vaker onderschat. Door gelijke voorwaarden te stellen, heeft iedere leerling een gelijke kans om door te stromen naar een hoger schoolniveau.

Extra ondersteuning door de brugfunctionaris

Sommige basisscholen hebben een brugfunctionaris. Die werkt op de school en is er om ouders te helpen bij vragen en zorgen over de thuissituatie. De brugfunctionaris weet de juiste hulp en ondersteuning te vinden en helpt ouders, door bijvoorbeeld contact op te nemen met een psycholoog, wijkteam of jeugdhulp. Lees meer over over wat een brugfunctionaris kan doen.

Gelijke kansen voor uw kind

Gaat uw kind naar de middelbare school en bent u benieuwd wat de overheid doet om uw kind gelijke kansen te geven? Op de volgende pagina's leest u: