Europese Structuur- en Investeringsfondsen (ESI-fondsen)

De Europese Unie (EU) verstrekt financiering via Europese structuur- en investeringsfondsen (ESIF). Met deze subsidies wil de Europese Unie investeren: in werkgelegenheid, een duurzame en gezonde Europese economie en het milieu.

Gezamenlijke doelen Europese Commissie (EC)

De EC heeft gezamenlijke Europese doelen gesteld. Bijvoorbeeld de versterking van de economie. Met de Europese Structuur- en Investeringsfondsen (ESI-fondsen) richt de EC zich (van 2021 t/m 2027) op vijf beleidsdoelstellingen, namelijk:

  • Een concurrerender en slimmer Europa
  • Een groenere transitie naar een netto koolstofvrije economie
  • Een meer verbonden Europa door betere mobiliteit
  • Een socialer en inclusiever Europa
  • Europa dichter bij de burger brengen

EC stelt geld beschikbaar voor cohesiebeleid

De Europese Commissie stelt over een periode van 7 jaar geld beschikbaar via ESI-fondsen. Bijvoorbeeld om sociaaleconomische verschillen tussen Europese regio’s te verkleinen. Of de Europese economie duurzaam te versterken. Dit wordt cohesiebeleid genoemd en bestaat uit 3 onderdelen:

  • fondsen voor groei en werkgelegenheid;
  • interreg;
  • EU-initiatieven.

Welke ESI-fondsen zijn er?

De ESIF bestaan uit:

  • Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO)
    Dit fonds richt zich op investeringen in de sociale en economische ontwikkeling van alle regio's en steden in de EU. Hierbij worden nationale (EFRO) en internationale programma’s (Interreg) onderscheiden. 
  • Cohesiefonds (CF) 
    Fonds om te investeren in milieu en vervoer in de minder welvarende EU-landen. Nederland maakt hier geen aanspraak op.
  • Europees Sociaal Fonds Plus (ESF+)
    Fonds om werkgelegenheid te bevorderen. En om een eerlijke, en sociaal inclusieve samenleving in de EU-landen te realiseren.
  • Fonds voor een rechtvaardige transitie (JTF) 
    Fonds om regio’s te ondersteunen die het meest getroffen worden door de klimaattransitie. 

Andere fondsen

Naast geld uit de ESI-fondsen kunnen Europese lidstaten ook gebruik maken van: