Gedeeltelijk verbod gezichtsbedekkende kleding
In Nederland heeft u het recht om u te kleden zoals u wilt, wat anderen daar ook van vinden. Maar in bepaalde situaties moeten mensen elkaar kunnen aankijken en herkennen. De overheid verbiedt daarom op bepaalde locaties kleding die het gezicht geheel bedekt: in het openbaar vervoer, het onderwijs, de zorg en in overheidsgebouwen.
Locaties verbod op gezichtsbedekkende kleding
In de volksmond gebruiken mensen ook wel de termen boerkaverbod of nikabverbod. Het verbod uit de Wet ‘Gedeeltelijk verbod gezichtsbedekkende kleding’ geldt sinds 1 augustus 2019 op meerdere plekken, namelijk in:
- onderwijsinstellingen;
- zorginstellingen;
- het openbaar vervoer;
- overheidsgebouwen.
Het gaat bijvoorbeeld om een integraalhelm, een bivakmuts of een nikab. Het verbod op gezichtsbedekkende kleding geldt voor iedereen. Denk aan bezoekers, medewerkers, docenten, leerlingen en patiënten.
Gezichtsbedekkende kleding op straat
Op andere plekken en op straat mag u nog steeds gezichtsbedekkende kleding dragen. De politie kan u wel vragen de gezichtsbedekkende kleding af te doen als dat nodig is voor identificatie.
Uitzonderingen op het verbod
Er zijn meerdere uitzonderingen op het verbod:
- Mensen mogen gezichtsbedekkende kleding dragen als die noodzakelijk is om hun lichaam te beschermen. Zoals het veiligheidsmasker van een lasser.
- Het verbod geldt niet voor cliënten, patiënten of hun bezoekers in woongedeelten van zorginstellingen, waar mensen voor langere tijd verblijven. Bijvoorbeeld een seniorencomplex. Dit wordt beschouwd als het privédomein van cliënten of patiënten.
- Gezichtsbedekkende kleding mag op feestelijke en culturele activiteiten die plaatsvinden op de locatie waar het verbod geldt. Deze kleding moet naar de maatschappelijke opvattingen passend zijn en geldt alleen als de kleding onlosmakelijk onderdeel is van het feest. Bijvoorbeeld maskers of andere gezichtsbedekking tijdens een sinterklaasviering of carnavalsfeest op school. Of een bruidssluier tijdens een bruiloft in het stadhuis.
Ook voor het dragen van mondkapjes tegen de verspreiding van het coronavirus geldt een uitzondering.
Handhaving van het verbod
Deze wet wordt strafrechtelijk gehandhaafd door de politie. Ook medewerkers van de locaties waar het verbod geldt, hebben een rol bij de naleving van het verbod. Het uitgangspunt is dat medewerkers van deze locaties weten dat het verbod er is en dat zij mensen hierop kunnen wijzen. De medewerker kan iemand vragen om de locatie te verlaten of om de gezichtsbedekkende kleding af te doen. Als diegene dit niet doet kan de politie worden ingeschakeld en riskeert de betrokkene een boete.
Verbod gezichtsbedekkende kleding andere Europese landen
Verschillende landen in Europa hebben een vergelijkbaar verbod op gezichtsbedekkende kleding:
- Frankrijk voerde in 2011 als eerste land in Europa een verbod in op gezichtsbedekkende kleding in de openbare ruimte.
- België was in 2011 het tweede Europese land met een algemeen verbod op het dragen van gezichtsbedekking in het openbaar.
- In Zwitserland is sinds juli 2016 het dragen van gezichtssluiers verboden in het kanton Ticino.
- In Bulgarije geldt sinds september 2016 een verbod op gezichtsbedekkende kleding in het openbaar,
- In Oostenrijk geldt sinds sinds oktober 2017 een verbod op gezichtsbedekkende kleding in het openbaar,
- In Denemarken geldt sinds augustus 2018 een verbod op gezichtsbedekkende kleding in het openbaar.
- In andere Europese landen, zoals Duitsland en Spanje, geldt een gedeeltelijk verbod waarbij regio, locatie en omstandigheden verschillen.