Uitbreiding spoor

Alle gebieden in Nederland moeten goed bereikbaar zijn. De Rijksoverheid heeft daarom veel maatregelen opgesteld voor betrouwbaar, veilig en duurzaam openbaar vervoer. Daarbij gaat het ook om spooruitbreidingen. Deze staan in het Meerjarenprogramma Infrastructuur, Ruimte en Transport (MIRT).

Meer treinen op drukste trajecten

De Rijksoverheid wil de capaciteit van het spoor beter benutten en waar nodig verder uitbouwen. Dit is nodig om het groeiende reizigers- en goederenvervoer op te vangen. Hiervoor zijn grote investeringen en allerlei maatregelen nodig op stations en op bestaande spoorlijnen.

Uiterlijk in 2029 moeten op de drukste trajecten 6 intercity's en 6 sprinters per uur per richting rijden. Dat is het doel van het Programma Hoogfrequent Spoorvervoer (PHS). De trein komt dan altijd binnen een paar minuten voorrijden. Daardoor heeft de reiziger dus geen spoorboekje of app meer nodig om de vertrektijd op te zoeken.

Met de dienstregeling 2018 is de eerste stap gezet op weg naar een PHS-dienstregeling. Dit gebeurt op het traject Amsterdam-Utrecht-Eindhoven. Er rijden daar 6 in plaats van 4 intercity’s per uur en per richting. Vanaf december 2021 gaan ook tussen Arnhem en Schiphol en tussen Schiphol en Rotterdam 6 intercity’s per uur rijden.

Lees meer over aanpassingen van spoortrajecten.

Bereikbaarheid van buurlanden

De Rijksoverheid investeert ook in de grensoverschrijdende treinverbindingen. Het gaat daarbij om maatregelen om internationaal personenvervoer te stimuleren. Bijvoorbeeld door verbindingen te verbeteren.

Lees meer over internationaal ov.

Meerjarenprogramma Infrastructuur, Ruimte en Transport (MIRT)

De plannen voor de uitbreiding van het spoor zijn onderdeel van het Meerjarenprogramma Infrastructuur, Ruimte en Transport (MIRT). Het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat stuurt jaarlijks een overzicht van de MIRT-plannen naar de Tweede Kamer.

Lees meer over het MIRT.