Pensioenakkoord: een transparanter en persoonlijker pensioenstelsel

Lees meer over de overgang naar het nieuwe pensioenstelsel

Het kabinet heeft samen met werknemers- en werkgeversorganisaties een pensioenakkoord gesloten met nieuwe afspraken over pensioenen en AOW. Die moeten het pensioenstelsel transparanter en persoonlijker maken. Een aantal afspraken zijn:

Er is de afgelopen jaren veel veranderd in onze samenleving. De demografie, economie en arbeidsmarkt zijn anders. Mensen worden steeds ouder. Er zijn minder werkenden ten opzichte van gepensioneerden. Mensen werken niet meer hun hele leven bij een werkgever, maar veranderen vaker van baan of gaan ondernemen. Om het pensioenstelsel hierop aan te sluiten, heeft het kabinet met werknemers- en werkgeversorganisaties een pensioenakkoord gesloten met nieuwe afspraken over pensioenen en AOW. 

Het nieuwe pensioenstelsel zorgt ervoor dat als het economisch goed gaat de pensioenen sneller verhoogd kunnen worden. Pensioenen kunnen ook omlaag gaan als het economisch erg tegen zit, hoewel er meerdere mechanismen zijn ingebouwd om dat te voorkomen. Zo komt er een solidariteitsreserve om verliezen op te vangen en kunnen verlagingen uitgesmeerd worden over meerdere jaren. Ook wordt met de nieuwe regels duidelijker wat u opbouwt en de regels sluiten beter aan bij het feit dat mensen niet meer 40 jaar bij een werkgever werken. Tegelijkertijd worden de solidaire elementen van het pensioenstelsel behouden: er wordt gezamenlijk pensioen opgebouwd en de risico’s worden gedeeld.

Een nieuw pensioenstelsel, wat betekent dat voor u?

In Nederland is ons pensioen goed geregeld.

Zo is er de AOW...

En er is het pensioen dat je via je werk opbouwt.

Dat werkte lang prima.

Maar de afgelopen jaren is er

veel veranderd in de economie...

op de arbeidsmarkt...

en in onze samenleving.

Daardoor kan het huidige pensioenstelsel zijn

beloftes de afgelopen jaren niet goed meer nakomen.

Zelfs als het goed gaat met de economie.

Dat is natuurlijk voor niemand goed.

Daarom komen er nieuwe regels voor het pensioen

dat je samen met je werkgever opbouwt.

Als werknemer blijf je samen met je

werkgever geld opzij zetten voor later.

Ook ben je er zeker van dat je een pensioen krijgt.

Zelfs als je met pensioen gaat

wanneer het economisch slecht gaat...

of wanneer je ouder wordt dan gemiddeld.

Risico’s blijven we samen delen.

Tussen jong en oud...

Werknemer en werkgever.

Het doel is dat het huidige

niveau van het pensioen haalbaar blijft.

Het wordt duidelijker wat je aan geld inlegt...

wat je daarmee aan een vermogen opbouwt...

en wat je daarvoor straks

aan pensioen kunt verwachten.

Ook is het pensioen straks beweeglijker.

Het gaat eerder omhoog als

het economisch beter gaat...

en omlaag, als het economisch slechter gaat.

Werkgevers en werknemers zetten

samen geld opzij voor pensioen.

Een klein deel hiervan is reserve voor als het tegenzit.

Het grootste deel is het gezamenlijke pensioengeld.

Dit wordt belegd.

Gaat het goed met de economie?

Als werknemer zie je dat je verwachte pensioen groeit.

Ook gepensioneerden profiteren hiervan.

Maar het betekent ook dat pensioenen

lager worden als het economisch slechter gaat.

Het pensioen wordt dus beweeglijker.

Als je jong bent is er genoeg tijd

om mee- en tegenvallers op te vangen.

Maar wat als je straks met pensioen

gaat terwijl het economisch tegen zit?

Als je dicht bij je pensioen komt, zorgen de

nieuwe regels er voor dat de beweeglijkheid...

van je pensioen kleiner wordt.

De nieuwe regels worden ingevoerd per 2023.

Uitgangspunt is dat de nieuwe

regels voor alle pensioenen gelden.

De overgang naar het nieuwe

stelsel zal zorgvuldig gebeuren.

Voor mensen halverwege hun

loopbaan kan de overstap nadelig zijn.

Daarom krijgen zij een compensatie of

gelden er voor hen speciale afspraken.

Met de nieuwe pensioenregels heeft Nederland

ook in de toekomst een pensioenstelsel waar...

werknemers en gepensioneerden mee vooruit kunnen.

Een nieuw pensioenstelsel: waarom eigenlijk?

Wat in de volksmond “pensioen” wordt genoemd, bestaat eigenlijk uit drie dingen: AOW, pensioen en individuele aanvullingen zoals lijfrentes, levensverzekeringen of koopsommen.

Werkgevers, werknemers en overheid werken aan een nieuw pensioenstelsel. Maar...waarom eigenlijk?

Elke maand betalen werknemer en werkgever premie voor het opbouwen van pensioen. Toen de gepensioneerden van nu begonnen met sparen, was de levensverwachting 75 jaar. Maar mensen worden gemiddeld steeds ouder. Dat betekent dat ouderen nu gemiddeld langer met pensioen zijn en er dus meer aanvullend pensioen moet worden uitbetaald dan verwacht.

Daarnaast past het pensioenstelsel niet goed meer bij de huidige arbeidsmarkt. In het pensioenstelsel werkt het nu meestal zo. Jonge en oudere werknemers betalen evenveel premie en bouwen evenveel pensioenrechten op. De premie van jongeren kan langer worden belegd en levert daardoor meer op. Dit systeem werkt goed als iedereen zijn hele leven bij dezelfde werkgever werkt. Maar tegenwoordig wisselen mensen vaker van baan, werken ze soms een tijdje niet of minder, om daarna weer ergens in loondienst aan de slag te gaan of voor zichzelf te beginnen.

Het pensioenstelsel werkt niet goed bij veel van zulke veranderingen tijdens loopbanen van mensen en biedt weinig ruimte voor eigen keuzes.
Daarom wordt er nu gewerkt aan een nieuw pensioenstelsel! Zodat we ook in de toekomst een goed werkend pensioen hebben.