Building Bridges: LHBTIQ+ activisten uit Zuidelijk Afrika bezoeken Nederland
Ministeries
Neo is een activiste uit Lesotho die zich inzet voor gelijke rechten voor LHBTIQ+ personen. Vorige week was ze in Nederland om samen met andere activisten ideeën en ervaringen uit te wisselen via Building Bridges, een jaarlijks programma van het ministerie van Buitenlandse Zaken. Neo wil de kloof dichten tussen wat er in de wet staat en wat er in de praktijk gebeurt in haar land. “Op papier hebben we wetten. Maar in werkelijkheid bepaalt de ‘wet van God’ wat er gebeurt,” zegt ze.
Elk jaar brengt Building Bridges LHBTIQ+ activisten uit verschillende landen samen in Nederland. Dit programma breidt de netwerken van de deelnemers uit en biedt hen kennis en training. De editie van 2025 richt zich op Zuidelijk Afrika en draait om de vraag: hoe zorg je ervoor dat wetten niet alleen bestaan, maar ook echt worden uitgevoerd?
Neo woont in de hoofdstad Maseru, waar ze zich vrij kan kleden en uiten. Toch betekent dat niet automatisch ook acceptatie: “Je krijgt vervelende opmerkingen, kleine pesterijen. Het gebeurt zo vaak dat ik het niet eens meer hoor.”
Volgens haar zijn steden vaak vijandiger dan dorpen. “Op het platteland accepteren mensen gewoon hoe iemand is. In de stad voelen mensen zich vrij om te oordelen of te corrigeren. Neo weet dat zij een bevoorrechte positie heeft. “Ik heb steun, ik ben opgeleid, ik weet wie ik ben. Maar voor iemand die dat allemaal niet heeft, is het veel moeilijker.”
Wet tegenover moraal
Lesotho is officieel een constitutionele monarchie, met een grondwet die basisrechten belooft. Maar in praktijk heeft de zogeheten Morality Law, gebaseerd op religie en traditie, veel invloed.
“Er is geen artikel dat ons beschermt,” zegt Neo. “Mensen doen wat ze willen en gebruiken geloof vaak als excuus.” De laatste jaren is geweld tegen LHBTIQ+ personen zichtbaarder geworden in Lesotho. Vaak gaat het om mishandeling door bekenden.
Kleine stapjes
Neo is sinds 2018 actief in de LHBTIQ+ beweging. Eerst alleen, nu met haar organisatie QueerWorx. Die richt zich op werk en inkomen voor LHBTIQ+ personen. “Er is veel aandacht geweest voor hiv, en dat is belangrijk. Maar mensen hebben ook veiligheid en werk nodig.”
Toch zijn er ook successen. In 2022 wist Neo een politieke partij ervan te overtuigen om ‘anders’ als geslachtsoptie toe te voegen aan hun lidmaatschapsformulier. Andere partijen volgden dat voorbeeld. Inmiddels denkt ook het Bureau voor de Statistiek in Lesotho na over hoe ze in de volkstelling van 2026 ruimte kunnen maken voor meer genders dan alleen man en vrouw.
Ook op beleidsniveau zijn er stappen gezet. In het nieuwe Arbeidswetboek van 2024 staat dat iemand niet ontslagen mag worden vanwege seksuele oriëntatie. “Het zijn kleine veranderingen,” zegt Neo, “maar ze geven ons woorden om op verder te bouwen.”
De praktijk blijft achter
Toch blijft het verschil tussen wet en werkelijkheid groot. “Erkenning op papier is mooi, maar de meeste mensen hebben geen arbeidscontract. Meer dan 80 procent werkt informeel. Word je ontslagen, dan heb je geen rechten en geen geld om een rechtszaak te beginnen.”
Discriminatie begint vaak al bij een sollicitatiegesprek. “Als op mijn ID ‘vrouw’ staat maar ik kom in pak, krijg ik de baan niet. Er is geen bezwaar mogelijk. Er volgt gewoon stilte.”
Daarom richt QueerWorx zich op brede inclusie, niet alleen op wetten. Ook bij gesprekken met de overheid kiest Neo haar woorden zorgvuldig. “We praten vaak over ‘kwetsbare groepen’ in plaats van ‘LHBTIQ+’. Het is niet ideaal, maar zo houden we de deur open.”
Leren van elkaar
Building Bridges gaf Neo de kans om te leren van activisten uit andere landen. “Het is goed om te zien dat we niet alleen zijn. In landen als Kenia en Rwanda zie je hetzelfde: wetten zijn er, maar worden nauwelijks uitgevoerd.”
Eén idee dat haar opviel, was training voor politie en ambtenaren. “Bij ons wordt de politie vooral getraind om boeven te vangen. Niet om minderheden te beschermen. Dat denken begint al bij hun opleiding. Willen we echte verandering, dan moet het daar beginnen.”
Samen verder
Wat er nu moet gebeuren? Volgens Neo zijn er drie prioriteiten: wettelijke erkenning van gender, verplichte mensenrechtentrainingen voor overheidsmedewerkers, en meer inclusie op de werkvloer. Maar ze weet ook: elke stap telt. “Elk formulier dat je aanpast, elk woord dat je verandert, elke ambtenaar die je overtuigt: het maakt verschil.”
Nu het programma van 2025 ten einde loopt, blijft het netwerk misschien wel het belangrijkste resultaat. “We hebben ervaringen en ideeën gedeeld. We hebben van elkaar geleerd. En dat geeft kracht om door te gaan.”