Van boerderij tot markt: Ghanese jongeren en designers gaan de strijd aan met voedselverspilling

Ministeries

Tijdens International Youth Day (12 augustus) denken jongeren wereldwijd mee over creatieve oplossingen om duurzamer te produceren en voedselverspilling tegen te gaan. Joana Chemel uit Ghana, een alumnus van het Young Expert Programmes (YEP), vertelt hoe de creatieve sector en jongeren een belangrijke rol spelen bij voedselinnovatie in Ghana. ‘Kokosolie werd vaak niet duurzaam en aantrekkelijk verpakt’.

Vergroot afbeelding Bakbananen
Beeld: ©Rijksoverheid / Erik Kampherbeek

In Ghana gaan veel producten verloren al voordat deze de winkel of markt bereikt hebben. Onbewerkte producten zijn vaak maar kort houdbaar, waardoor veel producten vergaan tijdens het transport, of later in de schappen. Joana ziet de creatieve industrie als een belangrijke schakel voor innovatie: om te zorgen voor minder voedselverspilling, langere houdbaarheid en grotere toegevoegde waarde van landbouwproducten. 

Joana vertelt dat je nu nog veel voedingswaren in plastic en niet duurzame verpakkingen kunt kopen, wat effect heeft op de houdbaarheid van de producten. Joana kwam in Nederland voor het eerst in aanraking met de rol van design in de voedselindustrie tijdens een bezoek aan de Dutch Design Week in Eindhoven. Als Young Expert, nam ze deze inspiratie mee in haar werk voor Ghana Netherlands Business and Culture Council (GNBCC). Vanuit GNBCC werkte ze met bedrijven en designers in Ghana aan creatieve manieren om voeding te verpakken en te verwerken.

Ook geeft Joana aan dat het design van de verpakking kan bijdragen aan de houdbaarheid van een product, waardoor de voedingstoffen in de producten beter in tact blijven. Door bijvoorbeeld hersluitbare verpakkingen en door producten niet meer in plastic te verpakken. De producten kunnen zo ook langere afstanden afleggen en zo gebruikt worden voor export en mensen die verder van de markten wonen bereiken.

Kokosolie in glazen flessen

Naast een langere houdbaarheid, wordt design ook ingezet om producten aantrekkelijker te verpakken en zo de toegevoegde waarde te verhogen. Bijvoorbeeld door de rebranding van Ghanese kokosolie. Joana: ‘Kokosolie werd vaak niet duurzaam en aantrekkelijk verpakt, meestal in plastic verpakkingen. Met het tropische klimaat in Ghana bleek plastic niet geschikt als verpakkingsmateriaal: het tastte de houdbaarheid en de voedingswaarden in de olie aan.' 

’Glas bleek een duurzamere oplossing. Het Ghanese merk Ava, dat verschillende soorten kokosolie verkoopt, heeft het verpakkingsproces samen met designers aangepast. ‘Toen ik de fles kokosolie in het schap zag, dacht ik niet dat het een Ghanees product was. Ik verwachtte dat het geïmporteerd zou zijn. Maar alles wordt in Ghana gemaakt, van de glazen fles, het label tot aan de branding.’

Bakbananenchips

Een ander voorbeeld is bakbananenchips, een populaire snack voor onderweg in Ghana. De chips is overal op straat en in winkels te krijgen. Joana vertelt dat de chips eerst in simpele transparante plastic verpakkingen werd verkocht, maar dat er door de populariteit van de chips ideeën ontstonden om het product aantrekkelijker en passender te verkopen in nieuw ontworpen hersluitbare verpakkingen.

‘Al vanaf de boerderij werd het proces aangepast. De chips komt van een betrouwbare boerderij en de productie is hygiënischer. Door een beter passend design en rebranding vinden mensen het product ook meer waard.’ Joana vertelt dat er nu ook veel verschillende smaken chips zijn, zoals bakbananenchips met kaneel, BBQ bakbananenchips en pittige bakbananenchips. ‘Alleen al door rebranding en design is de industrie van bakbananenchips in Ghana helemaal veranderd.’

Vergroot afbeelding Accra Ghana
Beeld: ©Pexels / Adi Perets

Voedselafval voorkomen en hergebruiken

Door betere verpakkingen gaan de producten langer mee, waardoor je minder voedsel hoeft weg te gooien. ‘Daarnaast kunnen designers creatieve manieren bedenken om de rest van het voedselafval te hergebruiken. Bijvoorbeeld hoe je voedselafval kan omzetten in meststoffen, om zo chemische alternatieven te vervangen en de opbrengst van droge gronden te vergroten’, vertelt Joana. Joana ziet toekomst in een circulaire economie: ’Innovatie is creativiteit. Door designers in het gehele proces te betrekken, kunnen we stappen zetten naar een circulaire economie: opnieuw maken, opnieuw ontwerpen en opnieuw gebruiken.’

Zet jonge mensen aan het roer

In Ghana is het overgrote deel van de boeren ouder dan vijftig en veel jongeren hebben niet de kennis of de middelen om het stokje uiteindelijk over te nemen. Joana maakt zich daar zorgen over: ‘Jonge mensen zijn de toekomst van deze wereld. Als de komende twintig jaar de voedselproductie achteruit gaat, zijn het voornamelijk de jonge mensen die daar de gevolgen van ervaren. Er moeten daarom meer jonge producenten komen, meer jonge agrarische experts en markteigenaren.’

Er moet volgens Joana meer ruimte komen voor jongeren om te leren over klimaatverandering en de gevolgen daarvan. ‘Jongeren moeten zelf land kunnen kopen en zich kunnen ontwikkelen als expert in verschillende onderdelen van het voedselsysteem, bijvoorbeeld door programma’s zoals YEP.’ De YEP-programma’s worden deels gefinancierd door het ministerie van Buitenlandse Zaken. Via YEP krijgen Nederlandse jonge professionals de kans om internationale ervaring op te doen en samen te werken met jonge lokale jonge professionals, die zo ook de kans krijgen om samen te werken met Nederlandse organisaties.

Duurzaamheid gaat volgens Joana om levensduur. ‘Als het gaat om de toekomst van voeding, zijn het jonge mensen, die het langste leven hebben, die het moeten gaan produceren.’ De creatieve industrie en jonge mensen moeten volgens Joana in alle onderdelen van het voedselsysteem betrokken worden, van de beslissingen tot de uitvoering. ‘Laat jonge mensen meebeslissen en zet ze aan het roer voor een duurzaam voedselsysteem voor de toekomst.’